8. Toast resp. broodjes worden ontdooid en
geroosterd.
9. U kunt het proces altijd onderbreken door
op de toets
STOPP
10. Na beëindiging van het ontdooien wordt het
brood automatisch uitgeworpen, de contro-
lelampjes gaan uit. Het apparaat schakelt
uit.
REINIGING EN ONDERHOUD
Laat het apparaat volledig afkoelen
alvorens dit te reinigen.
Voordat u het apparaat gaat reinigen,
schakelt u het uit door de stekker uit
het stopcontact te trekken.
1. Het apparaat en het snoer mogen niet in
water of andere vloeistoffen worden gedom-
peld of in de vaatwasser worden schoonge-
maakt.
2. Veeg de broodrooster met een vochtige doek
en een beetje afwasmiddel af. Gebruik geen
harde schuurmiddelen, staalwol, metalen
voorwerpen, hete reinigingsmiddelen of des-
infectiemiddelen omdat deze tot beschadi-
gingen kunnen leiden.
3. Om vastzittende sneden brood te verwijderen,
de stekker uit het stopcontact trekken, het
toestel omdraaien en een beetje heen en
weer bewegen. Probeer nooit vastzittend
brood m.b.v. spitse gereedschappen of
delen van bestek los te maken.
4. Verwijder regelmatig kruimels en resten uit
de kruimellade. Druk hiervoor op de toets
(Stop) te drukken.
„Push". De kruimellade wordt ontgrendeld
kan voorzichtig uit het apparaat worden
getrokken om deze te legen. Veeg de
kruimellade met een vochtige doek af, droog
deze goed af en schuif de lade weer in het
apparaat tot deze vastklikt.
5. Het apparaat moet helemaal droog zijn
voordat u het weer gebruikt.
37