INEENZETTEN
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens enig
werk aan het gereedschap uit te voeren.
De freeskop aanbrengen en verwijderen (Fig. 5)
LET OP:
• Breng de freeskop stevig aan. Gebruik altijd de steek-
sleutel die bij het gereedschap werd geleverd. Een los-
zittende of te strak vastgezet freeskop kan gevaarlijk
zijn.
• Draai de spantangmoer niet aan zonder freeskop er in
en plaats geen freeskop met smalle as zonder een
spantangbus. Dat zou kunnen leiden tot het afbreken
van de spantangkegel.
Steek de freeskop geheel in de spantangkegel. Druk de
asvergrendeling aan om de as op zijn plaats te houden
en draai met de sleutel de spantangmoer stevig vast. Bij
freeskoppen met een kleine asdiameter plaats u eerst de
juiste spantangbus in de spantangkegel en dan plaatst u
de freeskop zoals hierboven beschreven.
Voor het verwijderen van de freeskop, volgt u de proce-
dure voor het inzetten in omgekeerde volgorde.
BEDIENING
LET OP:
• Controleer vóór het gebruik altijd eerst of het gereed-
schapshuis automatisch omhoogkomt tot aan de
bovengrens en of de freeskop niet uitsteekt voorbij de
voet van het gereedschap wanneer de sluithendel
wordt losgezet.
• Controleer vóór het gebruik altijd eerst of de splinter-
vanger naar behoren is aangebracht. (Fig. 6)
Zet de gereedschapsvoet op het werkstuk zonder dat de
freeskop het werkstuk raakt. Schakel het gereedschap in
en wacht totdat de freeskop op volle toeren draait. Breng
het gereedschapslichaam omlaag en schuif het over het
werkstukoppervlak naar voren, ervoor zorgend dat de
gereedschapsvoet vlak blijft. Beweeg het gereedschap
langzaam naar voren totdat de snede is voltooid.
Wanneer u randen snijdt, moet het werkstukoppervlak
zich aan de linkerzijde van de freeskop in de freesrich-
ting bevinden. (Fig. 7)
OPMERKING:
• Wanneer u het gereedschap te snel naar voren
beweegt, kan de kwaliteit van de snede slechter zijn, of
kan de freeskop of de motor beschadigd raken. Wan-
neer u het gereedschap te langzaam beweegt, kan de
snede verbranden of mislukken. De juiste voedings-
snelheid hangt af van de maat van de freeskop, het
soort werkstuk en de snijdiepte. Het is aan te raden dat
u een proefsnede maakt op een stuk afgedankt tim-
merhout alvorens u het werkstuk zelf snijdt. Daardoor
kunt u vaststellen hoe de snede er zal uitzien en kunt u
ook de afmetingen controleren. (Fig. 8)
OPMERKING:
• Bij gebruik van de rechte geleider of de trimgeleider
dient u die te installeren aan de rechterkant in de frees-
richting. De geleider zal dan vlak blijven met de zijkant
van het werkstuk.
Rechte geleider
De rechte geleider kunt u met zeer goede resultaten
gebruiken wanneer u rechte groeven moet frezen of
recht moet afschuinen.
Rechte geleider (Type A) (optioneel accessoire)
(Fig. 9)
Bevestig de rechte geleider aan de geleidehouder met
de vleugelbout (B). Steek de geleidehouder in de gaten
in de voet van het gereedschap en draai de vleugelbout
(A) vast. Om de afstand tussen de freeskop en de rechte
geleider bij te stellen, draait u de vleugelbout (B) los en
verdraait u de fijnregelschroef. Op de gewenste afstand
draait u de vleugelbout (B) weer vast om de rechte gelei-
der op zijn plaats te houden.
Rechte geleider (Type B) (optioneel accessoire)
(Fig. 10)
Steek de rechte geleider in de gaten in de voet van het
gereedschap en draai de vleugelbout vast. Om de
afstand tussen de freeskop en de rechte geleider bij te
stellen, draait u de vleugelbout los. Op de gewenste
afstand draait u de vleugelbout weer vast om de rechte
geleider op zijn plaats te houden.
Een bredere rechte geleider van de gewenste afmetin-
gen is te maken door extra stukken hout te bevestigen in
de geschikte openingen van de geleider. (Fig. 11)
Bij gebruik van een freeskop met grote diameter, kunt u
aan de rechte geleider stukken hout van meer dan
15 mm dik vastmaken, om te voorkomen dat de freeskop
de rechte geleider raakt.
Bij het snijden zorgt u dat de rechte geleider precies
recht langs de kant van het werkstuk beweegt.
Sjabloongeleider (Fig. 12, 13 en 14)
In de sjabloongeleider zit een gat waar het bit doorheen
steekt, waardoor het mogelijk wordt de bovenfrees met
een sjabloon te gebruiken.
Om de sjabloongeleider te monteren, draait u de bouten
in de zool van het gereedschap los, steekt u de sjabloon-
geleider erdoor, en draait u tenslotte de bouten weer
aan.
Bevestig de sjabloon aan het werkstuk. Plaats het
gereedschap op de sjabloon en beweeg het gereed-
schap door de sjabloongeleider langs de zijkant van de
sjabloon te schuiven.
OPMERKING:
• De uitgesneden patronen in het werkstuk zijn iets smal-
ler dan die van de sjabloon. Dit komt vanwege de
afstand (X) tussen het mes en de buitenkant van de
sjabloongeleider. Deze afstand (X) kunt u als volgt
berekenen:
Afstand (X) = (middellijn van sjabloongeleider – middel-
lijn van mes) / 2
27