Bij het frezen de verbindingskabel altijd naar
achteren van de machine wegvoeren.
Bij draaiende machine nooit in het werkbereik
van het freesgereedschap of onder de grond-
plaat grijpen (verwondingsgevaar!).
Gelijkmatige aanvoer bij het frezen verhoogt de
levensduur van freeswerktuig en machine en
behaalt een schoon freesbeeld. Bij het bewer-
ken van kanten met groter werktuig steeds in de
tegenloop frezen.
Na het uitschakelen de machine pas dan neer-
leggen, wanneer het freesgereedschap tot stil-
stand is gekomen resp. de klemming voor de
zelfstandige terugslag aan de machine losma-
ken en weer vergrendelen.
De freesdelen moeten bijtijds worden vervan-
gen, omdat stomp freesmateriaal niet alleen het
terugslaggevaar verhoogt, maar ook de motor
onnodig belast. De frezers dienen deskundig te
worden ingespannen.
De bij het frezen ontstaande houtstof belemmert
het vereiste zicht en is gedeeltelijk schadelijk voor
de gezondheid. De machine moet vandaar bij een
langer gebruik, wanneer niet buiten of in voldo-
ende verluchte ruimten wordt gewerkt, aan een
spanenafzuiging bv transportabele stofzuiger wor-
den aangesloten. De luchtsnelheid moet ten min-
ste 20 m/s bedragen.
Opmerkingen met betrekking tot onderhoud en
reparatie:
De regelmatige reiniging van de machine, vooral
van de verstelvoorzieningen en de geleidings-
stangen resp. zuilen is een belangrijke veilig-
heidsfactor. Vóór begin van deze werkzaamhe-
den moet de netsteker worden getrokken.
Er mogen uitsluitend originele reservedelen,
toebehoren en extra toebehoren van MAFELL
worden toegepast. Anders bestaat er geen
garantieclaim en geen aansprakelijkheid door
de fabrikant.
3
Voorbereiden / Instellen
3.1
Netaansluiting
De bovenfreesmachine LO 50 E is veiligheidsgeïsole-
erd volgens klasse II.
Vóór ingebruikname dient erop te worden gelet, dat de
netspanning met de op het typeplaatje van de machine
vermelde bedrijfsspanning overeenstemt.
Uitsluitend uitgeschakelde machine aan het
spanningsnet aansluiten
3.2
Spaan- en stofafzuiging (zie afb. 1)
De bij het frezen ontstaande spanen alsook de
gezondheid bedreigende spanen van bepaalde
grondstoffen kunnen met de afzuigkap 64 door een
in de handel gebruikelijke stofzuiger resp. externe
afzuigvoorzieningen worden afgezogen. De door-
zichtige kunststof maakt een vrije zicht op het frees-
werktuig mogelijk. De afzuigkap wordt op de grond-
plaat gezet en door draaien in de bajonetopname
geklemd.
In Duitsland worden voor houtstoffen op
grond van de TRGS 553 «Houtstof»
gekeurde afzuigvoorzieningen gevor-
derd. Voor andere machines moet de
industriele exploitant de speciale eisen
met de bevoegde ongevallenverze-
kering afspreken.
Het veilige onderschrijden van de TRK -
waarde voor houtstof (2 mg/m³) is alleen
bij aansluiting van de bovenfreesmachine
aan een gekeurde afzuigeenheid gewaar-
borgd.
3.3
Spannen van freeswerktuigen (zie afb. 1)
Door neerzetten van de machine op de motordeksel
wordt de handhaving bij het wisselen van frezers
vereenvoudigd.
De machine is standaard met een precisiespantang
∅
∅
8 mm (
¼" bij uitv. CH / GB) uitgerust. In haar
laten zich freeswerktuigen met dezelfde schacht-
doorsnede bevestigen.
Vóór de wissel van de frees in ieder
geval de steker uit het stopcontact
nemen.
-36-