Hoeveelheid olie:
Hoeveelheid olie (ongeveer)
Machine
Filter niet ver-
vangen
Plus,
1,4 liter
Residence
Prestige
1,4 liter
Excellent
1,6 liter
Ranger Svan
0,9 liter
7. Na het bijvullen van olie start u de motor en laat
u deze 30 seconden stationair draaien.
8. Controleer of er een olielek is.
9. Zet de motor af. Wacht 30 seconden en contro-
leer dan of het oliepeil overeenkomt met 4.2.
5.4.3 Oliefilter
Tap eerst de motorolie af en installeer de olieaftap-
plug zoals hierboven beschreven. Vervang vervol-
gens het oliefilter op de volgende wijze:
1. Maak rond het filter schoon en demonteer het
filter.
2. Bevochtig de pakking van het nieuwe filter met
olie.
3. Installeer het filter. Schroef het filter eerst zo
ver vast dat de pakking de motor raakt. Draai
het filter dan nog 1/2 tot 3/4 slag verder.
4. Ga verder met punt 7 onder 5.4.2 Motorolie
hierboven.
5.5 BENZINEFILTER (10-12:Z)
Vervang het benzinefilter elk seizoen.
Controleer of er geen benzinelekkages zijn nadat
het nieuwe filter is geïnstalleerd.
5.6 TRANSMISSIE, OLIE (PRESTI-
GE, RESIDENCE, ROYAL)
De olie in de hydraulische krachtoverbrenging
moeten regelmatig worden gecontroleerd/aange-
past of vervangen zoals aangegeven in onderstaan-
de tabel.
1e keer
Actie
Niveau controleren -
aanpassen.
Olie verversen.
Type olie: Synthetische olie 5W-50.
Hoeveelheid olie bij verversen: ongeveer 3,5 liter.
5.6.1 Controle - aanpassen
1. Zet de machine op een vlakke ondergrond.
2. Lees het oliepeil af op het reservoir. Zie afb.
20:P. Het oliepeil moet tot de lijn komen.
3. Vul indien nodig olie bij.
NEDERLANDS
Filter vervangen
-
1,5 liter
1,7 liter
1,05 liter
Vervolgens met
tussenpozen van
Werkuren
-
50
5
200
5.6.2 Aftappen
1. Laat de machine gedurende 10-20 minuten op
verschillende snelheden lopen om de transmis-
sieolie op te warmen.
2. Plaats de machine volledig horizontaal.
3. Demonteer beide ontkoppelingshefbomen zoals
aangegeven in afb. 7:A, B.
4. Plaats één opvangbak onder de achteras en één
onder de vooras.
5. Open het oliereservoir door de kap te verwijde-
ren.
Gebruik uitsluitend een 3/8" dopsleutel
voor de olieaftapplug. Het gebruik van
ander gereedschap beschadigt de plug.
6. Verwijder de olieaftapplug van de achteras.
Reinig de opening en gebruik een 3/8" dopsleu-
tel. Zie afbeelding 21.
7. Verwijder 2 aftappluggen uit de vooras. Ge-
bruik hiervoor een 12 mm sleutel. Laat de olie
uit de vooras en de leidingen lopen. Zie afb. 22.
8. Controleer of de pakkingen op de 4 aftapplug-
gen van de vooras intact zijn. Zie afb. 22. Plaats
de pluggen terug. Aanhaalmoment: 15-17 Nm.
De olieaftapplug wordt beschadigd als
hij vaster dan 5 Nm wordt aangedraaid.
9. Controleer of de pakking op de olieaftapplug
van de achteras intact is. Zie afb. 21:V. Plaats
het in de achteras. Draai de olieaftapplug aan tot
5 Nm.
10.Trek de olie uit het onderste deel van het reser-
voir met behulp van een olieafscheider. Zie afb.
23.
11.Voer de olie volgens lokale voorschriften af.
5.6.3 Vullen
De motor mag nooit draaien als de ach-
terste koppelingshendel naar binnen is
geduwd en de voorste koppelingshendel
uitgetrokken is. Dit beschadigt de as-
borging.
1. Vul het oliereservoir met de nieuwe olie.
Als de motor binnen moet draaien,
dient u ervoor te zorgen dat uitlaatgas-
sen kunnen worden afgevoerd.
2. Controleer of de koppelingshendel van de ach-
teras uitgetrokken is.
3. Start de motor. Als de motor is gestart, schuift
de koppelingshendel van de vooras automatisch
naar binnen.
4. Trek de koppelingshendel van de vooras naar
buiten.
LET OP! De olie wordt zeer snel het systeem
ingezogen. Zorg dat het reservoir altijd vol
is. Zorg dat er geen lucht wordt ingezogen.
NL
89