14
GEBRUIK VAN DE ELEKTRISCHE KOOKPLAAT
AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK
• Het apparaat is bestemd voor de bereiding van voedsel in
pannen en koekenpannen.
• Gebruik pannen met een vlakke bodem. Gebruik de specifie-
ke pan op de Wok.
• Laat de platen niet ingeschakeld zonder pan of met een lege
pan.
• Giet geen koude vloeistoffen op de hete plaat.
AAN- EN UITZETTEN VAN DE VERHITTING
De bedieningsknop van de keuzeschakelaar kan in de volgen-
de standen worden gebruikt:
0 Uit
1 Laagste temperatuur
2 ÷5 Tussenliggende temperaturen
6 Hoogste temperatuur
Aanzetten
• Draai de knop van de keuzeschakelaar in de gewenste ge-
bruiksstand.
• Het gele controlelampje gaat branden.
Uitzetten
• Draai de knop van de keuzeschakelaar in de stand " 0 ".
• Het gele controlelampje gaat pas uit als alle platen uitgescha-
keld zijn.
15
GEBRUIK VAN DE ELEKTRISCHE OVEN
AANWIJZINGEN VOOR HET GEBRUIK
• Het apparaat is bestemd voor de bereiding van voedsel dat
op de meegeleverde roosters wordt gezet
• Laat de ovendeur tijdens het gebruik niet open of op een kier.
• Het apparaat is voorzien van een handmatig terug te stellen
veiligheidsthermostaat die de verwarming uitschakelt wan-
neer de bedrijfstemperatuur boven de maximaal toegestane
temperatuur stijgt.
• Ventilator in de ovenruimte, waardoor voedselontdooid (lucht
op kamertemperatuur) ofgekookt kan worden met gedwon-
gen convectie(warme lucht); (mod. Geventileerde oven).
AAN- EN UITZETTEN VAN DE VERHITTING
De werking van de elektrische oven wordt bestuurd met twee
bedieningsknoppen (om het type verhitting en de bereiding-
stemperatuur in te stellen). Een geel controlelampje signaleert
dat de verwarmingselementen in werking zijn.
De bedieningsknop van de keuzeschakelaar kan in de volgen-
de standen worden gebruikt:
0 Uit
Verhitting bovenste element (gril) ingeschakeld
Verhitting onderste element ingeschakeld
Verhitting onderste + bovenste element ingeschakeld
De bedieningsknop van de thermostaat kan in de volgende
standen worden gebruikt:
0 Uit
110 Laagste temperatuur
280 Hoogste temperatuur
Aanzetten
• Draai de knop van de keuzeschakelaar in de gewenste ge-
bruiksstand.
• Draai de thermostaatknop op de stand van de gewenste be-
reidingstemperatuur.
• Het gele controlelampje gaat branden.
• Als het gele controlelampje uitgaat, is de ingestelde tempe-
ratuur bereikt.
Uitzetten
• Draai de thermostaatknop in de stand " 0 ".
• Draai de knop van de keuzeschakelaar in de stand " 0 ".
16 PERIODES WAARIN HET APPARAAT NIET WORDT
GEBRUIKT
Doe het volgende als het apparaat een tijd niet zal worden ge-
bruikt:
• Maak het apparaat grondig schoon.
• Wrijf alle roestvrij stalen oppervlakken in met een doek met
vaselineolie, zodat er een beschermend laagje wordt aange-
bracht.
• Laat de deksels open staan.
• Draai kranen dicht en zet hoofdschakelaars uit die vóór het
apparaat zijn geplaatst.
Doe het volgende als het apparaat lange tijd niet is gebruikt:
• Controleer het apparaat, alvorens het weer te gebruiken.
• Laat elektrische apparaten gedurende minstens 60 minuten
functioneren op de laagste temperatuur.
Start ventilatie (Mod. Geventileerde oven)
De schakelaar kan in de volgende standen worden gebruikt:
1 Aan
0 Uit
Aanzetten
• Duw de schakelaar in de stand 1.
• De schakelaar gaat aan.
Uitzetten
• Duw de schakelaar in de stand 0.
• De schakelaar gaat uit.
INSTRUCTIES VOOR DE REINIGING
AANWIJZINGEN VOOR DE REINIGING
De fabrikant van het apparaat kan niet verantwoordelijk
worden geacht voor eventuele schade die veroorzaakt
wordt door het niet naleven van de hieronder vermelde
verplichtingen.
• Schakel de elektrische voeding van het apparaat uit, indien
aanwezig, alvorens welke handeling dan ook te gaan ver-
richten.
• Maak de gesatineerde buitenkant van roestvrij staal, het op-
pervlak van de bereidingsbakken en het oppervlak van de
kookplaten iedere dag schoon.
• Laat de inwendige delen van het apparaat minstens tweema-
al per jaar schoonmaken door een geautoriseerd technicus.
• Reinig het apparaat niet met directe waterstralen of stralen
met hoge druk.
• Gebruik geen bijtende producten om de vloer onder het ap-
paraat schoon te maken.
61