Leidingen
Voor leidingschema's zie blz. 14.
Gebruik voor de leidingen inwendig versterkte slang met een
inwendige diameter van 38 mm (1 1/2"). Niet versterkte slang
zal gemakkelijk knikken en aan de zuigzijde van de pomp zal,
bij gebruik, de slang mogelijk dichtklappen.
Houdt de lengte van de slangen, ter plaatse van de pomp,
zodanig ruim dat bij werkzaamheden zowel de pomp als de
zuigslang boven het vloeistofniveau in de tank kunnen worden
gebracht.
Vermijd scherpe knikken in de slangen.
Monteer alle verbindingen met goede slangklemmen, 2 per
aansluiting; elke lekkage zal stankoverlast geven!
Om stankoverlast te voorkomen moet de huidoorvoer onder
de waterlijn worden geplaatst. Voorzien een onder de waterlijn
geplaatste huiddoorvoer altijd van een afsluiter.
Plaatsing van een U-bocht met beluchter (of beluchting) in de
afvoerslang is noodzakelijk indien (onder elke mogelijke hel-
lingshoek) zowel:
- het vloeistofniveau van de te verpompen vloeistof zich onder
de waterlijn bevindt;
- de huiddoorvoer waar de vloeistof naar buiten wordt gepompt
zich onder de waterlijn bevindt.
Hevelwerking wordt hiermee voorkomen.
Elektrische installatie
Controleer of de spanning vermeld op de elektromotor overeen-
komt met de boordspanning.
De minimale draaddoorsnede van de aansluitkabels is 2,5 mm
Het spanningsverlies tussen accu en pomp mag niet meer dan
10% van de voedingsspanning bedragen. Pas bij een (12 Volt)
installatie met een totale kabellengte (plus- en minkabel geza-
menlijk) van meer dan 19 m een draaddoorsnede van 4 mm
toe.
Sluit de voedingsspanning aan zoals in het aansluitschema is
aangegeven. Zie tekening, blz. 15.
In de pluskabel moet een schakelaar* en een zekering** wor-
den opgenomen.
*) De schakelaar moet geschikt zijn voor een stroom van
10 A.
**) Zekering:
bij 12 Volt 6 A
bij 24 Volt 4 A
Waarschuwing
Bij langdurig gebruik kan de motor heet worden!
Zorg er voor dat elektrische bedrading e.d. niet in contact
komt met het motorhuis.
Elektrische membraanpomp EMP134
Onderhoud
Spoel een vuilwatertank, waar een elektrische membraanpomp
op aangesloten is, na het leegpompen door. Schakel hierna de
pomp in om het spoelwater weg te pompen; vuilresten in pomp
en slangen worden nu ook weggespoeld.
Indien toch verontreingingen in de kleppen van de pomp zijn
achtergebleven leidt dit tot een verminderde pompcapaciteit.
Reinig de kleppen indien noodzakelijk. Schroef daarvoor de
desbetreffende slangpilaar uit het pomphuis, verwijder de klep
en reinig deze. Monteer het geheel in omgekeerde volgorde.
Indien de installatie langdurig niet gebruikt wordt dient toch
regelmatig de pomp in werking te worden gesteld. Een correct
functioneren van de kleppen wordt hierdoor gewaarborgd.
Winterklaar maken
Het gehele vuilwatersysteem dient te allen tijde afgetapt te wor-
den om kapot vriezen te voorkomen.
Aftappen
Neem de zuigslang los en laat de pomp enkele minuten droog
draaien.
Technische gegevens
Elektromotor
Type
: Permanent-magneet gelijkstroommotor
Spanning
:
Stroom, maximaal
:
Pomp
2
.
Type
: Zelfaanzuigende membraanpomp
Capaciteit, bij
0 m opvoerhoogte
: 23 I/min
Max. zuighoogte
: 3 meter waterkolom
2
Max. pershoogte
: 5 meter waterkolom
Max. zuighoogte +
pershoogte
: 5 meter waterkolom
Materiaal
Pomphuis
: Kunststof
Slangpilaren
: Kunststof
Membraan
: Neopreen rubber
Kleppen
: Neopreen rubber
Lantaarnstuk
: Aluminium, gecoat
Aansluitingen
Voor slang
: 38 mm inwendig (1 1/2'')
Gewicht
: 7 kg
NEDERLANDS
12 V =
24 V =
6 A
4 A
110130.01
3