Tabel 1 Leidraad voor het bepalen van de maat van rechte en tapse componentprothesediameters
Diameter
1,2
(mm) van de te
behandelen aorta
20
21
22/23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
*Alle afmetingen zijn nominaal.
1
Maximumdiameter langs de fixatieplaats, gemeten van buitenwand
tot buitenwand.
11 GEBRUIkSAANWIJZING
De volgende instructies zijn een basisrichtlijn
voor plaatsing van het hulpmiddel. Variaties in
de volgende procedures kunnen nodig zijn. Deze
instructies zijn bedoeld om de arts te helpen
begeleiden en komen niet in de plaats van het
oordeel van de arts.
Informatie over algemeen gebruik
Standaardtechnieken voor plaatsing van
arteriële introductiesheaths, geleidekatheters,
angiografiekatheters en voerdraden dienen te
worden gebruikt tijdens gebruik van de Zenith
TX2 endovasculaire prothese voor dissectie met
Pro-Form en het Z-Trak Plus introductiesysteem. De
Zenith TX2 endovasculaire prothese voor dissectie
met Pro-Form en het Z-Trak Plus plaatsingsysteem
zijn compatibel met 0,035 inch (0,89 mm) diameter
voerdraden.
Vaststellingen vóór implantatie
Bevestig uit de planning vóór implantatie dat het
juiste hulpmiddel geselecteerd is. Vaststellingen
zijn onder meer:
1. Selectie van de femorale ader voor introductie
van het(de) plaatsingsysteem(systemen).
2. Angulatie van de aorta, aneurysma en iliacale
aders.
3. Kwaliteit van de proximale en distale
fixatieplaatsen.
4. Diameters van proximale en distale
fixatieplaatsen en distale iliacale aders.
Voorbereiding van de patiënt
1. Raadpleeg de protocollen van de instelling
in verband met anesthesie, antistolling en
bewaking van vitale tekenen.
2. Plaats de patiënt op beeldvormende tafel
waardoor fluoroscopische visualisatie van
de aortaboog naar de femorale bifurcaties
mogelijk is.
3. Leg de femorale ader bloot met gebruik van
een standaardoperatietechniek.
4. Breng adequate proximale en distale
vasculaire controle van de femorale ader
tot stand.
104 NEDERLANDS
Totale lengte van
Prothesediameter
3
rechte component
(mm)
22
24
26
28
30
30
30
32
32
34
36
36
38
38
40
40
42
42
Totale lengte van tapse
(mm)
component (mm)
79/117
79/117
79/136
82/142/202
82/142/202
82/142/202
82/142/202
82/142/202
82/142/202
162/202
79/154/204
159/199
79/154/204
159/199
79/154/204
159/199
79/154/204
154/204
79/154/204
154/204
83/164/218
160/210
83/164/218
160/210
83/164/218
160/210
83/164/218
160/210
2
Afgeronde gemeten aortadiameter tot de dichtstbijzijnde mm.
3
Aanvullende overwegingen kunnen van invloed zijn op de
diameterkeuze.
11.1
V oorbereiding/spoelen van de Zenith
TX2 endovasculaire prothese voor
dissectie met Pro-Form en het Z-Trak Plus
introductiesysteem
Afb. 5
1. Verwijder de verzendstilet met geel aanzetstuk
(uit het binnenlumen) en de beschermhuls
van de canule (bij de handgreep). Verwijder de
Peel-Away sheath van de achterkant van de
klepconstructie (afbeelding 5).
Afb. 6
2. Breng de distale tip van het systeem omhoog
en spoel door de hemostaseklep totdat er
vloeistof uit de tip van de introductiesheath
komt (afbeelding 6). Blijf doorgaan en injecteer
een hele 60 ml spoelvloeistof door het
hulpmiddel. Stop met de injectie en sluit de
afsluitkraan op de verbindingsslang.
NB: Prothesespoelvloeistof van
gehepariniseerde fysiologische zoutoplossing
wordt vaak gebruikt.
*
Introducersheath (Fr)
20
20
20
20
20
20
20
20
20
20
22
22
22
22
22
22
22
22
I-ZDEG-EU-1105-394-02