WERKING ___________________________
Opmerkingen
Wanneer u het apparaat voor de
7
eerste keer gebruikt, neem dan de
tijd om even te oefenen. Gevoe-
lige gebieden op uw lichaam
hebben tijd nodig om zich aan
het scheren aan te passen.
Het apparaat is ontworpen voor
7
het scheren van haar onder de
neklijn. In het bijzonder voor uw
armen, oksels, borst en onderbuik,
schouders en rug en intiemere
lichaamsdelen. Gebruik het ap-
paraat niet om uw gezicht of
hoofdhaar te scheren.
Het apparaat kan gebruikt
7
worden voor nat of droog haar.
Als het haar langer is dan 10 mm,
7
gebruik dan eerst de trimfunctie
voordat u gaat scheren.
Scheren
1
Als een van de trimkammen
,
of
nog op het apparaat
G
H
I
bevestigd zit, dient u deze voor-
zichtig te verwijderen.
2
Druk op de aan/uit-knop
het apparaat aan te zetten.
– Het apparaat begint te werken.
3
Plaats de scheerkop
huid.
4
5
Trimmen
Opmerkingen:
7
7
1
2
om
B
3
op uw
A
Beweeg de scheerkop
de richting van de haargroei.
Gebruik slechts een lichte druk
bij het scheren met langzame be-
wegingen. Controleer of uw huid
volledig contact maakt met de
scheerkop
.
A
Schakel het toestel na gebruik uit
met de aan/uit-knop
De trimkammen snijden het haar
in 3 verschillende lengtes: 3 mm,
6 mm en 10 mm.
Als u haar nat is, kunt een beetje
scheerschuim gebruiken.
Plaats een van de trimkammen
,
of
op de scheerkop
G
H
I
. Controleer of de trimkam
A
goed is geplaatst zodat de kleine
inkepingen op de scheerkop
overeenkomen met de kleine ope-
ningen op de trimkam.
Druk op de aan/uit-knop
het apparaat aan te zetten.
– Het apparaat begint te werken.
Plaats de scheerkop
huid.
NEDERLANDS 5 1
tegen
A
.
B
A
om
B
op uw
A