GEBRUIKSAANWIJZING VENTILATOREN
NL
Inleiding:
Dit bedieningsvoorschrift is gemaakt overeen-
komstig de EU-richtlijnen 89/392/EEC van 14
juni 1989 betreffende de overeengekomen
richtlijnen van de lidstaten van de EG inzake
machines (de Machine Richtlijnen).
Technische gegevens:
Zie bijgevoegd certificaat.
Waar gevaar kan bestaan in verband met
roterende delen, is dit met een
waarschuwings-bord aangegeven
(zwart op geel).
!
Omschrijving:
Zie voorblad van deze handleiding.
Specifieke toepassing:
De ventilator wordt gebruikt in een systeem
voor het verplaatsen van materiaal, het
systeem dient om het milieu te beschermen.
De kapaciteitscurven van de ventilator worden
gemeten onder de volgende kondities:
Temperatuur
= 20
Soortelijk gewicht medium = 1,2 kg/m
Atmosferische druk
= 101330 pa
De kapaciteitscurven veranderen als de
bedrijfsomstandigheden van de ventilator
veranderen.
Waarschuwing:
De ventilator kan niet in de petrochemische
industrie worden gebruikt.
De ventilator kan niet gebruikt worden voor
lange doorlopende strengen materiaal, omdat
deze de waaier van de ventilator kunnen ver-
stoppen.
De ventilator dient in een gesloten systeem
ge•nstalleerd te worden. Zo niet, dan kan het
alleen aangeschakeld worden als de in- en
de uitgang grondig afgeschermd worden.
Let op! De ventilatorschoep moet volledig stil-
staan, voordat de in/uitlaat monden van de
ventilator gedemonteerd mogen worden.
Ieder vreemd voorwerp dat in het systeem te-
recht komt, opzettelijk of onopzettelijk, kan
eventueel de de waaier van de ventilator be-
schadigen.
Gebrek aan controle van de ventilator kan
slijtage en/of schade aan essentiíle onderde-
len tot gevolg hebben.
De montage van de ventilator dient te
geschieden als voorgeschreven (zie montage-
instrukties) om onstabiliteit en slijtagetoename
te voorkomen.
Montage:
Doorbuigen bedraagt:
1 mm / 100 mm van T.
De vereiste druk wordt vermeld
op het ventilator certificaat.
Motorpoelie.
Een hijsoog is standaard gemonteerd om het
plaatsen te vereenvoudigen.
De ventilator dient veilig bevestigd te worden
met gebruik van ankerschroeven in de
daarvoor bestemde gaten.
Trildempers kunnen tussen de fundering en
de ventilator geplaatst worden.
Funderingseisen:
De fundering waarop de ventilator gemonteerd
wordt, dient stabiel te zijn en dient in staat zijn
het gewicht van de ventilator te dragen
evenals de trillingen van het daarbijbehorende
leidingsysteem op te vangen.
Electrische installatie:
Het electrische aansluiten dient te gebeuren
door een erkend electricien. Hij/zij moet zich
ervan verzekeren dat de electrische installatie
is voorzien van een beveiling tegen
overbelasting (de motor mag nooit
aangesloten worden op een voeding zonder
deze beveiliging). Hij/zij moet zich er ook van
verzekeren dat de electrische installatie is
0
C.
voorzien van een beveiliging tegen
3
automatisch herinschakelen na een
stroomonderbreking.
In geval dat de start/stop funktieknop is
geplaatst in een schakelkast, dient een aparte
afsluitbare start/stop schakelaar als ook een
noodstopschakelaar te worden geinstalleerd
op niet meer dan 3 m van elke ventilator.
De afsluitbare start/stop knop dient te worden
gebruikt gedurende
onderhoudswerkzaamheden om een
onbedoelde start tijdens de
onderhoudswerkzaamheden te voorkomen.
De elektrische installatie moet aan alle ter
plaatse geldende veiligheidsvoorschriften
voldoen.
Geluidsreduktie:
Geluidsdempers kunnen zowel aan de ingang
als aan de uitgang van de ventilator
ge•nstalleerd worden. Het is ook mogelijk, de
ventilator in een geluiddempende omkasting
te plaatsen.
Opstarten:
Voor het opstarten dient men te kontroleren:
- of zich geen vreemde voorwerpen in het
ventilatorhuis of het daarbij behorende lei-
dingnet bevinden.
- of de draairichting juist is (op het ventilator
huis aangegeven door een pijl).
- of alle onderdelen met inbegrip van bevei-
ligingsvoorzieningen goed bevestigd zijn.
Service en onderhoud:
Na ca. 50 werkuren dient een visuele kontrole
van de ventilator plaats te vinden, inspekteer
Korrekte montage van de poulies.
daarna na elke 1.000 werkuren alle werkende
delen.
De waaier is zelfreinigend.
Als de ventilator onderbrekingen tijdens de
werking heeft, dient de fabrikant ingelicht te
worden (zie bijgesloten ventilator certificaat).
Onderhoudt de elektromotor volgens de in-
strukties van de fabrikant (deze bevinden zich
in de aansluitkast).
Zorg ervoor dt alle standaardlagers een ma-
ximale werktemperatuur van 125
Het onderstaande heeft alleen betrekking op
ventilatoren type K:
Kogellagers zonder smeernippels dienen
gereinigd en weer gesmeerd te worden
volgens de intervals zoals aangegeven op de
bijgevoegde kaart.
Verwijder de kap van het lagerhuis en ver-
wijder alle vuil en smeervet. Druk nieuw vet
tussen de lagers en vul het lagerhuis en plaats
de kap er weer op. Verzeker u ervan dat de
kap exakt gelijk
geplaatst is zoals deze eraf gehaald is. Ge-
bruik kogellagervet type LGMT 2 of een ove-
reenkomstig type.
Lagers met smeernippels dienen gesmeerd te
worden op het tijdstip en met de hoeveelheid
zoals aangeven op de bijgevoegde kaart. Het
smeren dient uitgevoerd te worden door
handmatig draaien van de aandrijfas, om zo
een overvulling van het lagerhuis te voorko-
men.
De lagers dienen verder om de 3 jaar gede-
monteerd en gereinigd te worden volgens de
instrukties voor de lagers zonder nippel.
Hoeveelheid smeervet (gram)
= 0,005 x D x B
Buitendiameter van het lager = D (mm)
Breedte van het lager
= B (mm)
Bij vervanging dienen V-snaren zorgvuldig
gemonteerd te worden na verkleining van de
afstand tussen de assen en wel door het op-
tillen van de motorplaat. V-snaren mogen on-
der geen beding met behulp van welke vorm
van gereedschap dan ook met geweld om de
V-snaarpoelie gemonteerd worden.
Kontroleer na montage of de assen parallel
lopen en de groeven gelijk zitten, daarna de
motorplaat voorzichtig laten zakken door een
voorspanning aan te brengen (zie tekening).
De V-snaren worden dan op de juiste span-
ning gebracht volgens de fabrieksinstrukties
op het bijgesloten ventilator certificaat.
Na ongeveer 50 bedrijfsuren dienen de V-
snaren op gelijkmatigheid nagespannen te
worden. De V-snaren dan elke 1000 bedrijfsu-
ren controleren en indien nodig vervangen
door hetzelfde type en fabrikaat, zoals be-
schreven in het ventilator certificaat.
Inkorrekte montage van de poulies.
0
C hebben.