vangen.
3 Laadtoestel, accu's en accutoestel buiten bereik
van kinderen houden.
4 Geen beschadigde laadtoestellen gebruiken.
5 Gebruik de bijgeleverde lader niet voor het laden
van andere accutoestellen.
6 Bij een fl inke belasting wordt de accupack warm.
Laat de accupack voor begin van de laadbeurt af
koelen op kamertemperatuur.
7 Accu's niet overladen! Neem de maximale laadt
ijden in acht. Deze laadtijden gelden alleen voor
ontladen accu's. Herhaaldelijk insteken van een ge
laden of gedeeltelijk geladen accu heeft overlading
en beschadiging van de cellen tot gevolg. Accu's
niet meerdere dagen in het laadtoestel laten zitten.
8 Gebruik en laad nooit accu's waarvan u vermo-
edt dat de laatste oplading van de accu lan-
ger dan 12 maanden geleden is. De accu is dan
hoogstwaarschijnlijk reeds beschadigd (diepe ontla
ding).
9 Laden bij een temperatuur van onder 10° C leidt tot
chemische beschadiging van de cel en kan brand
veroorzaken.
10 Gebruik geen accu's die tijdens het laden warm zijn
geworden omdat de accucellen gevaarlijk zouden
beschadigd kunnen zijn.
11 Gebruik geen accu's meer die tijdens het laden
opgezwollen of van vorm veranderd zijn of die on
gewone symptomen vertonen (uitgassen, sissen,
kraken enz.)
12 Ontlaad de accu niet helemaal (aanbevolen ont
laaddiepte max. 80%). Volledige ontlading leidt tot
vroegtijdige veroudering van de accucellen.
13 Batterijen nooit onbeheerd laden!
Bescherming tegen milieu-invloeden
1 Draag de gepaste werkkledij. Draag een veiligheids
bril.
2 Bescherm uw accu toestel en de lader tegen vocht
en regen. Vocht en regen kunnen leiden tot gevaarli
jke beschadigingen van de cellen.
3 Het accutoestel en de lader niet gebruiken in de bu
urt van dampen of brandbare vloeistoffen.
4 Lader en accutoestellen enkel in droge toestand en
bij een omgevingstemperatuur van 10 tot 40° C ge
bruiken.
5 Bewaar de accu niet op plaatsen waar een tempera
tuur van meer 40° C kan worden bereikt, vooral niet
in een auto die geparkeerd staat in de felle zon.
6 Accu's beschermen tegen oververhitting! Over
belasting, overlading of zoninstraling hebben over
verhitting en beschadiging van de cellen tot gevolg.
Laad of werk nooit met accu's die oververhit werden
– vervang die onmiddellijk.
7 Opbergen van accu's, laadtoestellen en accu-
toestel. Berg de lader en uw accutoestel alleen in
droge ruimten met een omgevingstemperatuur van
10-40° C op. Berg de lithium-ion-accu koel en droog
bij 10-20° C op. Beschermen tegen luchtvochtigheid
en rechtstreeks zoninstraling. Accu's enkel in gela
den toestand opbergen (minstens 40 % geladen).
8 Zorg ervoor dat de lithiumionaccu niet bevriest.
Accu's die langer dan 60 minuten onder 0° C zijn
opgeborgen moeten worden verwijderd.
9 Voorzichtig bij het omgaan met accu's wat betreft
elektrostatische lading. Elektrostatische ontladingen
hebben schade aan de veiligheidselektronica en de
accucellen tot gevolg! Vermijd daarom elektrostati
sche oplading en raak nooit de accupolen aan!
Als u accu's of het accutoestel verstuurt of ver-
wijdert zorg dan ervoor dat u die individueel in
een plastic zak verpakt teneinde kortsluitingen of
brand te voorkomen!
Bewaar de veiligheidsvoorschriften goed.
Restrisico's
Er blijven altijd restrisico's over ook al wordt dit
elektrisch gereedschap naar behoren bediend. Vol-
gende gevaren kunnen zich voordoen in verband
met de bouwwijze en uitvoering van dit elektrisch
gereedschap:
1. Longletsels indien geen gepaste stofmasker wordt
gedragen.
2. Gehoorschade indien geen gepaste gehoorbescher
mer wordt gedragen.
3. Schade aan de gezondheid die voortvloeit uit hand
armtrillingen indien het toestel lang zonder onder
breking wordt gebruikt of niet naar behoren wordt
gehanteerd en onderhouden.
Technische gegevens
Voeding motor
Nullast-toerental
rechts- / links draaiend
Laadspanning accu
Laadstroom accu
Netspanning lader
Laadtijd
Capaciteit van de accu
Accutype
Gewicht
Gevaar!
Geluid en vibratie
De geluids en vibratiewaarden werden bepaald
volgens EN
60745.
Geluidsdrukniveau L
pA
Onzekerheid K
pA
Geluidsvermogen L
WA
Onzekerheid K
WA
Draag een gehoorbeschermer.
Lawaai kan aanleiding geven tot gehoorverlies
Totale vibratiewaarden (vectorsom van drie richtingen)
bepaald volgens EN 60745.
Schroeven zonder klopfunctie
Trillingsemissiewaarde ah 0,265 m/s
Onzekerheid K = 1,5 m/s
2
De opgegeven trillingsemissiewaarde is gemeten
volgens een genormaliseerde testprocedure en
kan veranderen naargelang van de wijze waarop
het elektrische gereedschap wordt gebruikt en in
uitzonderingsgevallen boven de opgegeven waarde
liggen.
De vermelde trillingsemissiewaarde kan worden gebruikt
om elektrische gereedschappen onderling te vergelijken.
De vermelde trillingsemissiewaarde kan ook worden
gebruikt om voor begin van de werkzaamheden de
nadelige gevolgen te beoordelen.
3,6 V d.c.
200 t/min
ja
6V d.c.
600 mA
100-240V ~ 50-60 Hz
ongeveer 3 uur
1,5 Ah
LiIon
0,4 kg
54,07 dB(A)
3 dB
65,07 dB(A)
3 dB
2
39 І 136