Menu
Code
Functie
Hu1
Begintijd tijdvak 1
F21
luchtvochtigheid tijdvak 1
Hu2
Begintijd tijdvak 2
F22
luchtvochtigheid tijdvak 2
Hu3
Begintijd tijdvak 3
F23
luchtvochtigheid tijdvak 3
Hu4
Begintijd tijdvak 4
F24
luchtvochtigheid tijdvak 4
Timerinstellingen (in totaal 8 functiemenu's van F31 tot F38, die elk individueel moeten worden geprogrammeerd)
ONx
Timer On x (x = Function number, e.g
F31 = On1)
F3x
Ofx
Timer Off x (x = Function number, e.g
F31 = Of1)
Hygrostaat:
Er kunnen tot vier van de klok afhankelijke tijdvakken worden geprogrammeerd (F21 tot F24). Zo kunt u een uiterst natuurlijke nabootsing van
het luchtvochtigheidverloop bereiken zonder de abrupte luchtvochtigheidsprongen die bij andere systemen voorkomen. Voor elk tijdvak legt u een
luchtvochtigheid en de starttijd vast. Kunt u het luchtvochtigheidverloop individueel aanpassen aan de behoeften van uw dieren. Kies daartoe het
tijdvak (F21 tot F24) dat u wilt wijzigen. Voer eerst de tijd vanaf wanneer de luchtvochtigheid moet gelden en daarna de gewenste luchtvochtigheid
in. U kunt ook tijdvakken deactiveren wanneer u ze niet langer wilt gebruiken. Zet daartoe de klok op 0F:00. U kunt indien gewenst ook het apparaat
de hele dag op dezelfde luchtvochtigheid of met slechts twee verschillende luchtvochtigheid per dag instellen.
Bevochtigen/ontvochtigen:
Met F11 (Mod) kan het apparaat worden overgeschakeld van de bevochtigingssmodus naar de ontvochtigingsmodus. In de bevochtigingsmodus is het
apparaat in bedrijf totdat de ingestelde luchtvochtigheid is bereikt. Daarna wordt het apparaat uitgeschakeld. Wanneer de luchtvochtigheid onder
de ingestelde waarde daalt met een in F12 (HYS) ingesteld luchtvochtigheidverschil, dan schakelt het apparaat opnieuw in de bevochtigenmodus.
In de ontvochtigingsmodus wordt het apparaat i geschakeld zodra de luchtvochtig met de in F12 (HYS) ingestelde schakelluchtvochtig heeft over-
schreden. Zodra de luchtvochtig opnieuw gedaald is naar de ingestelde waarde, wordt de ontvochtigingsmodus uitgeschakeld..Gebruik deze functie
bijv. voor het gebruik van ventilatoren.
Alarmfuncties:
Via de functie F13 (ALr) kunt u instellen of het apparaat vanaf een bepaalde temperatuurafwijking een alarm moet activeren. De afwijking is van 0 tot
50 in te stellen. Bij 0 wordt deze alarmfunctie gedeactiveerd. Verder geldt dat het cijfer staat voor de afwijking, d.w.z. dat als u bijv. 5 kiest en een
luchtvochtigheid van 75% heeft ingesteld, het alarm van dit apparaat u waarschuwt indien de luchtvochtigheid onder de 70% zakt respectievelijk
boven de 80% stijgt. In het geval van een waarschuwing knippert het display en is een alarmtoon hoorbaar.
Het akoestische alarm kan via de functie F14 (ALS) onafhankelijk van het optische alarm in- en uitgeschakeld worden. Fabrieksmatig is deze functie
uitgeschakeld.
17
instelmoge-
lijkheden
Luchtvochtigheidsnstelling (koppeling I wordt op basis van deze waarde ingesteld)
00:00 ~ 23:59
00:00 ~23:59
00:00 ~23:59
00:00 ~23:59
00:00 ~23:59
00:00 ~23:59
Eenheid
werkinstel-
lingen
h:min
8:00
0 ~ 99
%
h:min
10:00
0 ~ 99
%
h:min
17:00
0 ~ 99
%
h:min
21:00
0 ~ 99
%
Hour:Minute
0F:00
Hour:Minute
0F:00
opmerkingen
Vanaf deze tijd geldt deze luchtvochtig-
heidinstelling
70
60
70
80
Schaltet Kupplung II
0F:00 = timre uitgeschalkedt