OBJ_BUCH-2060-001.book Page 23 Monday, September 23, 2013 11:43 AM
Bestanddelen van het gereedschap
De toestelelementen zijn genummerd zoals op de afbeelding
van het oplaadapparaat op de pagina met afbeeldingen.
1 Accu*
2 Groene accuoplaadindicatie
3 Rode accuoplaadindicatie
4 Oplaadschacht
*In de gebruiksaanwijzing afgebeeld en beschreven
toebehoren wordt niet altijd standaard meegeleverd.
Technische gegevens
Oplaadapparaat
Art. nr.
Oplaadspanning accu (automati-
sche spanningsherkenning)
Laadstroom
Toegestaan oplaadtemperatuur-
bereik
Oplaadtijd bij accucapaciteit, ca.
– 1,3 – 1,5 Ah
– 2,0 Ah
– 2,6 – 3,0 Ah
– 4,0 Ah
Aantal accucellen
Gewicht volgens EPTA-Procedure
01/2003
Isolatieklasse
Gegevens gelden voor nominale spanningen [U] 220/230 V.
Met 230 V aangeduide oplaadapparaten kunnen ook met 220 V
worden gebruikt.
Ingebruikneming
Let op de netspanning! De spanning van de stroom-
bron moet overeenkomen met de gegevens op het type-
plaatje van het oplaadapparaat.
Opladen
Het opladen begint zodra de netstekker van het oplaadappa-
raat in het stopcontact en de accu 1 in de oplaadschacht 4
wordt gestoken.
Door de intelligente oplaadmethode wordt de oplaadtoe-
stand van de accu automatisch herkend en wordt de accu
afhankelijk van de accutemperatuur en -spanning met de opti-
male laadstroom opgeladen.
Daardoor wordt de accu ontzien en blijft deze, indien in het
oplaadapparaat bewaard, altijd volledig opgeladen.
Betekenis van de indicatie-elementen
Knipperende groene accuoplaad-
indicatie 2
Opmerking: De snellaadprocedure is alleen mogelijk als
de temperatuur van de accu in het toegestane laadtempera-
tuurbereik ligt, zie paragraaf „Technische gegevens".
Permanent verlichte groene accu-
oplaadindicatie 2
AL 30-CV-LI
0700 816
Bovendien klinkt gedurende ca. 2 seconden een geluidssig-
V
10,8 – 18
naal waardoor akoestisch wordt aangegeven dat de accu
A
6,0
volledig is opgeladen.
De accu kan vervolgens worden verwijderd en onmiddellijk
°C
0 – 45
worden gebruikt.
(80 %)
100 %
Als de accu niet in het oplaadapparaat is gestoken, geeft de
min
(10)
25
permanent verlichte accuoplaadindicatie 2 aan dat de
min
(15)
35
netstekker in het stopcontact is gestoken en het oplaadappa-
min
(20)
35
raat gereed is voor gebruik.
min
(30)
45
3 – 10
Permanent verlichte rode accu-
oplaadindicatie 3
kg
0,8
/ II
„Technische gegevens". Zodra het toegestane temperatuur-
bereik bereikt is, schakelt het oplaadapparaat automatisch
over op snellading.
Knipperende rode accuoplaad-
indicatie 3
Snel opladen wordt aangegeven door het
knipperen van de groene accuo-
plaadindicatie 2.
Continu branden van de groene
accuoplaadindicatie 2 geeft aan dat de
accu volledig opgeladen is.
Het permanente licht van de rode
acculaadindicatie 3 geeft aan dat de tempe-
ratuur van de accu buiten het toegestane
laadtemperatuurbereik ligt, zie paragraaf
Het knipperen van de rode accuo-
plaadindicatie 3 geeft een andere storing tij-
dens het opladen aan. Zie het gedeelte
„Oorzaken en oplossingen van fouten".
23