INVALZAAG
Inleiding
Om het beste uit uw nieuwe invalzaag
te halen, gelieve deze aanwijzingen voor
gebruik door te lezen. Wij adviseren u ook
om de instructies te bewaren voor het geval
u deze later wilt raadplegen.
Technische gegevens
Spanning/frequentie:
Nominaal vermogen:
Snelheid:
Zaagblad:
Max. zaagdiepte op 90/45°:
56/42 mm met geleiderail
58/44 mm zonder geleiderail
Afschuiningshoek:
Geleiderail (itemnr. 33048) is apart
verkrijgbaar.
Geluidsdruk, L
:
pA
Geluidsniveau, L :
Geluidsniveau, L
Geluidsniveau, L
WA
WA
Trilling, a
:
h,w
De onderstaande tabel bevat informatie over
hoe lang u per dag blootgesteld mag worden
aan trillingen, als de trildrempel van 2,5 m/s
niet overschreden wordt:
Trilling
Max. blootstelling
2,5 m/s
8 uur
2
3,5 m/s
4 uur
2
5 m/s
2 uur
2
7 m/s
1 uur
2
10 m/s
30 minuten
2
64
230 V ~ 50 Hz
1.200 W
5.200 tpm
Ø 165 mm 24T
0-45°
94 dB(A) K
=3 dB(A)
pA
105 dB(A) K
=3 dB(A)
WA
2,7 m/s
, K=1,5 m/s
2
Speciale veiligheidsinstructies
Controleer of de ventilatieopeningen van de
motor niet geblokkeerd zijn.
Stop het zaagblad nooit door de invalzaag
aan te raken of door druk toe te passen op de
zijkant van het zaagblad.
Gebruik altijd het juiste type zaagblad voor
de taak. Deze invalzaag is ontworpen voor
het zagen van hout, laminaat, spaanplaat,
plastic platen en dunne, niet-ijzerhoudende
metalen platen.
Gebruik nooit gebogen zaagbladen of
zaagbladen met ontbrekende tanden.
Gebruik nooit zaagbladen die te groot of te
klein zijn.
Gebruik nooit zaagbladen waarvan de
maximaal toegestane snelheid lager is dan
het maximale toerental van het gereedschap.
Controleer of de richting die op het blad
wordt weergegeven, overeenkomt met de
draairichting van de motor.
Gebruik altijd veiligheidshandschoenen
wanneer u het blad aanraakt. Plaats uw
2
vingers of hand nooit op het te zagen item
of aan de voorkant van, de achterkant van of
onder de zaag terwijl deze in werking is.
2
Zaag nooit meer dan één werkstuk tegelijk.
Gebruik extra ondersteuning (tafel, schragen
of soortgelijk) voor lange werkstukken zodat
ze niet van de werkbank kantelen tijdens het
zagen.
Zaag nooit werkstukken die zo klein zijn dat
ze niet veilig kunnen worden vastgezet.
Voer nooit aanpassingen uit aan de zaag
wanneer deze operationeel is.
Zorg er altijd voor dat de as en de � enzen
voor het bevestigen van de zaagbladen
schoon zijn.
Laat het blad nooit in contact komen met
het te zagen item of andere voorwerpen
wanneer u de zaag aanzet.