Kookzone inschakelen/uitschakelen:
Bediening
Vermogen verhogen
Uitschakelen
Als er geen verdere invoer plaatsvindt, wordt de kookplaat om veiligheidsredenen na ca. 20
seconden uitgeschakeld.
PANHERKENNING
Voor meer comfort en eenvoud is deze kookplaat uitgerust met een besturingssysteem.
Schakel de kookplaat in en plaats een pan op de kookplaat. De intuïtieve bediening zal de pan
automatisch herkennen resp. zal u het [0]-symbool boven de te gebruiken smart-slider tonen. U
kunt nu het verwarmingsniveau naar wens aanpassen.
De panherkenning garandeert volledige veiligheid.
De inductie werkt niet:
•
Als er geen kookgerei op de kookzone staat of als er een pan wordt gebruikt die niet geschikt is
voor inductie. In dit geval kan het vermogensniveau niet worden verhoogd en het [ U ]-symbool
verschijnt op het display. De [ U ] verdwijnt wanneer een pan op de kookzone wordt gezet.
•
Wordt de pan tijdens het koken van de kookzone genomen, schakelt de kookzone onmiddellijk
uit en op het display verschijnt het teken [ U ]. De [ U ] verdwijnt wanneer weer een pan op de
kookzone wordt gezet. De kookzone gaat verder op het eerder ingestelde vermogensniveau.
Na gebruik schakelt u de kookzone uit: zodat de panherkenning [ U ] niet meer verschijnt.
RESTWARMTE-INDICATOR
Na het uitschakelen van de kookzones of de kookplaat wordt de restwarmte van de nog
warme kookzones met een [ H ] aangegeven. De [ H ] verdwijnt als de kookzones zonder
gevaar kunnen worden aangeraakt. Zolang de restwarmte-indicator brandt, mogen de
kookzones niet worden aangeraakt en mogen er geen warmtegevoelige voorwerpen op
worden geplaatst: Verbrandingsgevaar!
Bedieningsveld
Met de vinger over de smart-
slider glijden
Met de vinger over de smart-
slider glijden
12
Display
[ 1 ] tot [ P ]
[ 0 ] of [ H ]