Standaard spanband
Standaard spanband (Fig. 33).
De spanband heeft een
velcrosluiting aan één kant; zo kunt
u de spanband traploos
aanpassen. Om de spanband
opnieuw aan te passen, vouw de
rolstoel enigszins op. Dan
verwijdert u de schroeven (1) en
trek de voorpluggen (2) naar voren
uit het frame. De spanband (3) kan
vervolgens van het frame af
geschoven worden. Door het
klittenband open te maken kan de spanband aangepast
worden. Draai deze procedure aan om de spanband opnieuw
te installeren. Als u klaar bent, moet u controleren of alle
schroeven stevig aangedraaid zijn (zie de pagina over torque
sleutel).
WAARSCHUWING:
Om veiligheidsredenen moet ten minste de helft van de Velcro-
oppervlakken met elkaar in contact zijn.
Krukkenhouder
Krukkenhouder (Fig. 34).
Hiermee kunt u krukken
meenemen op de rolstoel. De
krukkenhouder heeft een Velcro lus
waarmee u de krukken of andere
hulpmiddelen kunt vastmaken.
WAARSCHUWING:
Probeer nooit krukken of andere
hulpmiddelen te gebruiken of te
verwijderen terwijl de rolstoel in beweging is.
Werkblad
Werkblad (Fig. 35).
Hiermee kunt u krukken
meenemen op de rolstoel. Alvorens
u een werkblad gebruikt, moet een
erkende dealer dat aanpassen aan
de breedte van de zitting. De
gebruiker moet tijdens de testrun in
de rolstoel zitten.
Stabilisatiestang
Stabilisatiestang (Fig. 36).
Deze stang dient om de rug te
stabiliseren. Om de rolstoel te
kunnen opvouwen, draait u de
knoppen (1) van de duwhandvatten
los en verwijdert u de
stabilisatiestang. Nu kunt u de
rolstoel gemakkelijk opvouwen. Om
de stabilisatiestang weer te
bevestigen, moeten de knoppen
opnieuw worden aangebracht en goed worden vastgedraaid,
zodat de stang stevig vastzit.
Rev.E
Fig. 5.33
2
3
1
Fig. 5.34
1
Fig. 5.35
Fig. 5.36
1
Transitwielen
Transitwielen (Fig. 5.37 - 5.38)
U kunt transitwielen gebruiken
wanneer uw rolstoel met zijn
gewone achterwielen te breed is
(bijv. in vliegtuigen, bussen,
enz.). Nadat u de achterwielen
met behulp van de quick-release-
assen hebt verwijderd, kunt u de
transitwielen onmiddellijk
gebruiken om te blijven rijden. De
transitwielen zijn zodanig
gemonteerd dat ze zich ongeveer
3 centimeter boven de grond
bevinden wanneer u ze niet
gebruikt. Ze zitten dus niet in de
weg wanneer u rijdt, tijdens
transport, of wanneer u de rolstoel
kantelt om over hindernissen te
rijden (bijv. stoepranden, trappen,
enz.).
WAARSCHUWING:
Uw rolstoel heeft geen
wielvergrendelingen wanneer u de
transitwielen gebruikt.
6.0 Dagelijkse controle
OPGELET:
Als gebruiker bent u de eerste die mogelijke defecten opmerkt.
Wij adviseren daarom dat u de onderstaande punten
controleert voor ieder gebruik:
•
Controleer of de bandenspanning correct is.
•
Controleer of de remmen goed werken.
•
Controleer of alle verwijderbare onderdelen, zoals
armsteun, voetsteun, quick-release as en dergelijke, goed
vast zitten.
•
Controleer op zichtbare schade aan bijvoorbeeld het
frame, de rugleuning, bespanning van zitting en
rugleuning, wielen, voetplaten enzovoorts.
Als u schade of slecht functionerende onderdelen ontdekt,
neem dan contact op met uw erkende dealer.
Fig. 5.37
Fig. 5.38
EASY MAX
83