Chicco 06026 Instrucciones De Uso página 84

oudereenheid van de ontvangststand op de zend-
stand over, en kan via de ingebouwde microfoon
(7) tegen het kind worden gesproken.
Tegelijkertijd gaat de kindereenheid (met zender
als hoofdfunctie) onmiddellijk van de zendstand
op de ontvangststand over. De luidspreker (6)
van de kindereenheid wordt automatisch inge-
schakeld om de stem weer te geven, die van de
oudereenheid afkomstig is.
Door de toets (9) weer los te laten, keert de ou-
dereenheid terug op de ontvangststand (haar
hoofdfunctie) en keert de kindereenheid automa-
tisch terug naar haar hoofdfunctie als zender.
• Draagbaarheid van de oudereenheid
De oudereenheid is uitgerust met een riempje
(14), dat handig is om haar altijd bij u te hebben.
2.2.3 Werkingsindicaties met licht en geluid
De tweekleurige LED (5) geeft 3 soorten infor-
matie:
• Indicatie apparaat ingeschakeld en goede ver-
binding met de oudereenheid: de tweekleurige
LED (5) brandt met groen licht.
OPMERKING. Als de oudereenheid daarentegen
geen enkele verbinding met de kindereenheid
krijgt of de verbinding tijdens de werking wordt
verbroken, knippert de tweekleurige LED (5) 2
keer groen per seconde, tot de verbinding hersteld
wordt. Na 10 seconden gaan er bovendien 2 ge-
luidssignalen per seconde achterelkaar af.
• Indicatie dat de oplaadbare batterijen (13) bijna
leeg zijn: de tweekleurige LED (5) knippert 2 keer
per seconde rood en er gaat 1 geluidssignaal per
seconde af. Als u het toestel wilt blijven gebrui-
ken, wordt aangeraden de oplaadbare batterijen
(13) op te laden, omdat het toestel anders op-
houdt met werken.
Laad de batterijen met de bijgeleverde adapter (1)
op, waarbij het geluidssignaal uit gaat.
Aanduiding dat de oplaadbare batterijen worden
opgeladen (13): de tweekleurige LED (5) gaat rood
branden.
Als de batterijen zijn opgeladen, gaat de twee-
kleurige LED (5) uit als de oudereenheid tijdens
het opladen uitstaat. Hij gaat groen branden als
de oudereenheid tijdens het opladen aanstaat.
• 3 oranje LEDS, die het niveau aangeven van de
geluiden, die het kind maakt (4).
DE LEDS: gaan opeenvolgend van onder naar bo-
ven branden en geven zo de geluidssterkte aan
OPMERKING. Als de oudereenheid (met ont-
vanger als hoofdfunctie) wordt aangezet, zoekt
hij het verbindingskanaal met de kindereenheid
(met zender als hoofdfunctie). De led van de voe-
dingsindicatie (5) blijft daarom knipperen tot de
verbinding met de kindereenheid (met zender als
hoofdfunctie) wordt gemaakt.
Let op.
Controleer na inschakeling van de oudereenheid
(met ontvanger als hoofdfunctie) altijd of de
kindereenheid (met zender als hoofdfunctie) in-
geschakeld is! Na de inschakeling
van de eenheden controleert u altijd of het uitge-
zonden signaal inderdaad op de door u voorziene
afstand en/of gebieden kan worden ontvangen.
Aangeraden wordt met behulp van een familielid
een zendtest te verrichten vanuit de kamer waar
de kindereenheid (met zender als hoofdfunctie)
is geplaatst en tegelijkertijd met de oudereenheid
(met ontvanger als hoofdfunctie) naar de door u
voorziene gebieden te gaan om de juiste ontvangst
van het uitgezonden signaal te controleren.
3. De batterijen van de kindereenheid (met
zender als hoofdfunctie) en de oplaadbare bat-
terijen van de oudereenheid (met ontvanger als
hoofdfunctie) vervangen
Waarschuwingen: deze handelingen mo-
gen uitsluitend worden verricht door een
volwassene
• Gebruik alleen alkalinebatterijen van 1,5V type
AAA (niet bijgeleverd) [kindereenheid (met zen-
der als hoofdfunctie)] en oplaadbare batterijen
[oudereenheid (met ontvanger als hoofdfunctie)],
die hetzelfde of gelijkwaardig zijn (dezelfde elek-
trische kenmerken hebben) aan het type, dat in
deze handleiding staat.
• Verwijder de alkalinebatterijen van 1,5V type
AAA (niet bijgeleverd) en/of de oplaadbare bat-
terijen altijd als ze leeg zijn en/of als ue voorziet
dat u de kindereenheid en de oudereenheid gedu-
rende langere tijd niet gebruikt.
Dit om te voorkomen dat de vloeistof die erin zit
uit de lege batterijen kan lekken en de apparaten
en/of wat zich in de buurt bevindt, kan bescha-
digen.
• Laat de polen van de batterijen niet kortsluiten
• Het is niet raadzaam oplaadbare batterijen voor
de kindereenheid te gebruiken, omdat ze de wer-
king van het apparaat kunnen verminderen. De
12