Belangrijk
• De flexibele afvoerslang kan worden uitgetrokken van 30 cm tot 150 cm. Deze
lengte is specifiek gekozen op grond van de technische mogelijkheden van de
airconditioner. Gebruik nooit verlengstukken of een andere slang omdat de
airconditioner dan wellicht niet meer goed werkt.
• De afvoerlucht moet vrij kunnen wegstromen. Blokkering kan leiden tot
oververhitting van de airconditioner. Vermijd knikken en scherpe bochten in de
uitlaatslang.
BEDIENING
4
1. AAN/UIT
Druk op de
-/
AAN
UITKNOP
2. De tijdklok instellen
Druk op deze knop om de tijd in te stellen (van 1 tot 12 uur, 1 uur per knopdruk) dat
het apparaat moet blijven werken. Als de tijd is ingesteld, gaat het
Na afloop van de ingestelde periode schakelt het apparaat automatisch uit. Druk op
de
-knop om zien hoe lang de airconditioner nog blijft werken.
Als u op de
-knop drukt terwijl de airconditioner uit is, stelt u in over hoeveel uur
het apparaat moet inschakelen.
3. De werkstand instellen
Kies de gewenste werkstand: koelen , ventilator
lampje gaat branden. In de automatische stand (
kiezen voor koelen of ventileren, afhankelijk van de omgevingstemperatuur.
4. Ventilatorsnelheid
Kies de ventilatorsnelheid. Het bijbehorende lampje gaat branden:
- snel.
All manuals and user guides at all-guides.com
2
om het apparaat aan te zetten of uit te schakelen.
5
3
of
. Het bijbehorende
AUTO
) zal de airconditioner zelf
AUTO
NL
1
branden.
LED
- langzaam of
17