Algemene Aanwijzingen - Lowenstein Medical VENTIremote alarm Manual De Instrucciones

Veiligheid
2 Veiligheid
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door. Deze is bestanddeel van het apparaat
en moet te allen tijde aanwezig zijn. Gebruik het apparaat uitsluitend voor het
beschreven toepassingsdoel
Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw patiënten en volgens de eisen van
de Verordening (EU) 2017/745 dient u op het volgende te letten:
2.1 Veiligheidsaanwijzingen
Werking van het apparaat
Wanneer het product is beschadigd of de functie ervan beperkt is, kunnen personen
letsel oplopen.

Let erop dat het VENTIremote alarm vrij staat en niet afgedekt is, anders wordt het
alarmvolume gereduceerd. Dit kan de patiënt in gevaar brengen en beschadiging van
het apparaat veroorzaken.

Zorg ervoor dat de kabel correct aangesloten is om onopzettelijk uittrekken van de
stekker te vermijden en de correcte functie van het VENTIremote alarm te garanderen.

Als het VENTIremote alarm buiten de in de gebruiksaanwijzing aangegeven
bedrijfstemperaturen werd opgeslagen of getransporteerd, kan het VENTIremote
alarm pas in bedrijf worden gesteld wanneer de temperatuur van het apparaat zich
binnen het voor de werking toegestane temperatuurbereik bevindt.
Elektromagnetische compatibiliteit
Voor het product gelden speciale voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de EMC
(elektromagnetische compatibiliteit). Indien deze niet in acht worden genomen, kan
er een storing van het product optreden en kunnen personen letsel oplopen.

Houd tussen het VENTIremote alarm en apparaten die HF-straling uitzenden (bijv.
mobiele telefoons) een veiligheidsafstand aan. Anders kunnen er storingen ontstaan.

2.2 Algemene aanwijzingen

• Houd altijd een volle batterij van het type U9VL-BP bij de hand. Verwijder de batterij
wanneer het VENTIremote alarm langere tijd wordt opgeslagen of niet wordt gebruikt.
• Let voor het vermijden van een infectie of bacteriële contaminatie op paragraaf "5
Hygiënische voorbereiding", pagina 43.
• Laat maatregelen als reparaties, onderhouds- en herstelwerkzaamheden alleen
uitvoeren door de fabrikant of door vakkundig personeel dat door de fabrikant
uitdrukkelijk is geautoriseerd.
(zie "1.1 Toepassingsdoel", pagina 30).
|
31
NL