Installatie
W
!
aarsChuWing
Het Uponor systeem dient aangesloten te
worden op een voeding van 230 V AC, 50 Hz.
Trek in een noodgeval onmiddellijk de stekker
uit het stopcontact.
v
!
oorziChtig
Zorg er, ter voorkoming van interferentie,
voor dat installatie-/datakabels uit de buurt
blijven van stroomkabels met meer dan 50 V.
1. Bevestig de regelmodule op de wand met de
schroeven en pluggen.
Als de regelmodule in een metalen kast wordt
geïnstalleerd en er een antenne gebruikt moet
worden, plaatst u de antenne buiten de kast.
2. Sluit de antenne (optioneel, vereist als u
thermostaten gebruikt) aan op de regelmodule (2.1)
en bevestig deze aan de wand met een schroef en
plug (2.2) of met de dubbelzijdige tape (2.3).
3. Sluit de overige apparatuur aan, zoals
thermische aandrijving(en), circulatiepomp(en),
temperatuurvoelers enz., en zet ze vast met
kabelklemmen.
De buitenvoeler kan worden aangesloten op de
regelmodule of op een ruimtethermostaat (vereist
antenne A-155).
4. Controleer of alle aansluitingen volledig en correct
zijn:
•
Aandrijving(en)
Schakelaar verwarmen/koelen
•
•
Circulatiepomp(en)
•
Temperatuurvoeler(s)
5. Zorg ervoor dat het 230 V AC compartiment
van de regelmodule gesloten is en dat de
bevestigingsschroef is vastgedraaid.
6. Steek het aansluitsnoer in een 230 V stopcontact
of, wanneer de lokale voorschriften dat eisen, in een
installatiedoos.
Registratie ruimtethermostaat ((vereist
antenne A-155)
v
!
oorziChtig
Als de communicatieproblemen niet
verdwijnen, raadt Uponor aan om de antenne
op een betere positie te plaatsen en de
Uponor radiobronnen niet te dicht bij elkaar
te installeren (minimumafstand 40 cm).
v
!
oorziChtig
De DIP switches in de public
ruimtethermostaat T-163 dienen ingesteld te
worden voordat de ruimtethermostaat wordt
geregistreerd.
U P O N O R S M AT R I X M O V E · S N E LG I D S
S N E LG I D S
7. Sluit de optionele externe voeler aan.
8. Stel de DIP-schakelaar in op de public
ruimtethermostaat T-163.
Functie
Ruimtethermostaat
Ruimtethermostaat met
buitentemperatuurvoeler
Externe voeler
9. Plaats de batterijen in de ruimtethermostaten.
10. Stel de tijd en datum op de ruimtethermostaten in
(uitsluitend digitale ruimtethermostaat T-148).
11. Selecteer de functiemodus van de
ruimtethermostaat (instellingenmenu 04, uitsluitend
bij digitale ruimtethermostaten). Standaard: RT
(standaard ruimtethermostaat)
RT = Ruimtetemperatuur
RFT = Ruimtetemperatuur met een externe
RS = Externe voeler
RO = Ruimtetemperatuur met externe
12. Registreer de ruimtethermostaat en buitenvoeler
(zie volgende pagina).
13. Stel het systeem in (zie pagina 166).
v
!
oorziChtig
De DIP-schakelaar in de public thermostaat
T-163 moet ingesteld worden als een van
de beschikbare functies, anders kan de
ruimtethermostaat niet geregistreerd worden.
v
!
oorziChtig
Probeer niet Uponor Smatrix Base
ruimtethermostaten op de regelmodule aan
te sluiten. Ze zijn niet compatibel en kunnen
beschadigd raken.
L E T O P !
Als de buitenvoeler ver van de
referentieruimte geplaatst is, kan er een
aparte ruimtethermostaat gebruikt worden
om de buitentemperatuur te registreren.
vloervoeler (begrenzingen beïnvloeden de
werking van de Move regelmodule niet,
wanneer deze niet geïntegreerd is met een
Wave regelmodule)
buitenvoeler
NL
CZ
DE
DK
EE
ES
FI
FR
HR
Schakelaar
ON DIP
HU
1 2 3 4
ON DIP
IT
1 2 3 4
ON DIP
LT
1 2 3 4
LV
NL
NEE
PL
PT
RO
RU
SE
SI
SK
1 6 3