NL
*
Maximale afwijkingsfout of korter bereik kan
voorkomen wanneer laser wordt blootgesteld
aan helder zonlicht, wordt gebruikt over een zeer
ruw of minimaal reflecterend oppervlak, of wordt
gebruikt bij extreme temperatuurcondities.
** Bij het meten binnen een afstand van 10 m is
de meetnauwkeurigheid ± 1,5 mm; over meer
dan 10 m wordt de meetnauwkeurigheid als
volgt berekend: ±1,5 mm ± 0,05* (D-10) (D:
Meter afstand, Eenheid: m).
BESCHRIJVING
De nummers in de tekst verwijzen naar de diagram-
men op pagina 2-4.
Afb. A
1. Display
2. Schakelaar aan / meetknop
3. Functie
4. Meetreferentie (meting vanaf de achterzijde of
de voorzijde van de apparatuur)
5. Optelling
6. Aftrekking
7. Selectie van de meeteenheid
8. Knop Wissen / schakelaar uit
9. Luchtbelniveau
10. Uitgang laserstraal
11. Ontvangstlens
Afb. B
12. Batterijklepje
3. ASSEMBLAGE
De batterijen inzetten / vervangen (Afb. B)
1. Neem het klepje (12) af van het batterijvak.
2. Plaats batterijen met de juiste polariteit volgens
de aanduiding.
3. Sluit het klepje (12) van het batterijvak.
4. BEDIENING
WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel door
defecte componenten! Het product mag
alleen in gebruik worden genomen als er
geen defecten worden ontdekt. Zorg ervoor
dat eventuele defecte onderdelen worden
vervangen voordat het product weer wordt
gebruikt.
16
Controleer het apparaat:
• Controleer alle onderdelen zodat u zeker weet
dat ze goed vastzitten.
• Controleer het apparaat op zichtbare defecten:
gebroken onderdelen, scheuren, enz.
In- en uitschakelen (Afb. A)
Houd de meetknop (2) ingedrukt als u het apparaat
wilt inschakelen. Het apparaat start in de stan-
daard referentie-instelling, de stand enkelvoudige
meting. Houd de uitschakelknop (8) ingedrukt als u
het apparaat wilt uitschakelen.
Automatisch uitschakelen
De laser wordt na 15 seconden uitgeschakeld en
de apparatuur wordt uitgeschakeld na 30 secon-
den inactiviteit.
Knop Wissen (Afb. A)
U kunt de laatste opdracht of de getoonde
gegevens wissen door op de knop Wissen (8) te
drukken.
Omzetting van eenheden (Afb. A)
De standaard-eenheid van het instrument is
meters, maar kan worden ingesteld op meters 'm',
voeten 'ft' en inch 'in'. U kunt overschakelen tussen
de meeteenheden door de functieknop Eenheden
(7) ingedrukt te houden.
Meetreferentie aanpassen (Afb. A+C)
Druk, wanneer de apparatuur is ingeschakeld, snel
op de knop (4) Meetreferentie als u de meetrefe-
rentie wilt aanpassen. U kunt meten vanaf de voor-
zijde en vanaf de achterzijde van de apparatuur.
Afstand wordt gemeten vanaf de achterzijde
van de apparatuur (standaardinstelling).
Afstand wordt gemeten vanaf de voorzijde
van de apparatuur.
Geheugen (Afb. A)
Druk, wanneer de apparatuur is ingeschakeld, snel
op de knop Optellen (5) of de knop Aftrekken (6).
De laatste 20 waarden worden weergegeven. U
kunt de laatste 20 waarden doorlopen door snel
op de knop Optellen (5) of de knop Aftrekken (6) te
drukken.
WWW.VONROC.COM