NL
Opgelet: Waterdispenser
Voor u bijvult moet u het resterende water verwijderen en het waterreservoir reini-
gen.
Als u gedurende een lange periode geen water nodig hebt, moet u het waterreservoir
leegmaken en
het gereinigde reservoir invoeren. Het deksel (C) van het waterreservoir (Afb. 5.12.1)
wordt ook gebruikt om energie te besparen. Als u gedurende een lange periode geen
water wilt uit de waterdispenser, moet u het deksel aanbrengen voor een betere iso-
latie en om energie te besparen.
5.12.2 Water uit de waterdispenser halen
1. Plaats een glas onder de wateruitlaat.
2. Duw het zachtjes tegen de klep van de waterdis-
penser met uw glas (Afb. 5.12.2). Lijn uw glas uit
met de waterdispenser om geen water te morsen.
3. Water in de lade (B) moet tijdig worden verwijderd
want het kan overstromen als de deur wordt geo-
pend en gesloten.
5- Gebruik
5.12.2
B
17