Nederlands
Assemblage
(Fig� A)
⚠ WAARSCHUWING
•
Monteer het apparaat in de aangegeven
volgorde.
•
Draag en verplaats het toestel met minstens
twee personen.
⚠ VOORZICHTIG
•
Zet het toestel op een stevige, vlakke
ondergrond.
•
Zorg voor een beschermende laag onder het
toestel om schade aan het vloeroppervlak te
voorkomen.
•
Houd rondom de apparatuur ten minste een
bewegingsruimte van 100 cm.
•
Raadpleeg de illustraties voor de juiste
assemblage van het toestel.
‼ LET OP
•
Bewaar, nadat u het apparaat in elkaar hebt
gezet, het gereedschap dat bij dit product is
geleverd. Dit met het oog op service op een
later tijdstip.
Bouten en moeren aandraaien
DO FASTEN ALL BOLTS AND
NUTS IN THIS STEP AND BOLTS
‼ LET OP
AND NUTS OF FORMER STEPS
•
Componenten die moeten kunnen
scharnieren, mogen niet te strak worden
aangedraaid.
•
Alle scharnierende componenten moeten
vrij kunnen bewegen.
DO NOT FASTEN BOLTS
AND NUTS IN THIS STEP
36
Draai de bouten en
moeren pas aan nadat
alle componenten zijn
gemonteerd.
Draai de bouten en
moeren in deze stap
niet aan.
Afstelling van de kabelspanning
Zorg en onderhoud
- Smeer bewegende onderdelen regelmatig met
wd-40 of lichte olie.
- Inspecteer en draai alle onderdelen aan voordat
u het apparaat gebruikt.
- Maak het apparaat schoon met een doek
bevochtigd met een mild, niet-schurend
schoonmaakmiddel. Gebruik geen
oplosmiddelen.
- Controleer het apparaat regelmatig op tekenen
van slijtage of beschadiging.
- Vervang defecte componenten direct en/
of stel het apparaat buiten gebruik tot het is
gerepareerd.
- Indien het apparaat niet regelmatig wordt
gecontroleerd, kan het gebruik ervan onveilig
worden.
Aanvullende informatie
Afvoeren van verpakkingsmateriaal
Overheids-richtlijnen geven aan dat we
de hoeveelheid afvalmateriaal afgevoerd
naar stortplaatsen moeten verminderen.
Daarom vragen we u al het afvalmateriaal
op verantwoordelijke wijze af te voeren naar
openbare recycling-centra.
U kunt de spanning
op het kabelsysteem
afstellen door de
positie van de onderste
katrol te veranderen
in de twee zwevende
katrol beugels.
Als de kabel te los
gespannen is, verplaatst
u de onderste katrol
één gat omhoog.
Als de kabel te strak
gespannen is, verplaatst
u de onderste katrol
één gat omlaag.