M10 schroef die aan de binnenzijde van de as geplaatst
is. Zichtbaar na verwijderen van de bevestigings schroef
van de as.
Figuur 4.
20. Bevestigingsschroef.
21. Afstelschroef M10.
22. Drukveer.
Door de schroef met de klok mee te draaien neemt de
veerdruk toe en wordt de remkracht hoger.
Door de schroef tegen de klok in te draaien neemt de
veerdruk en ook de remkracht af.
Na afstelling kan men de bevestiging schroef weer
bevestigen.
Afstellen druk draadaanvoerrol
WAARSCHUWING
EEN ELEKTRISCHE SCHOK KAN DODELIJK ZIJN.
Schakel de primaire spanning van de stroombron
UIT voor installatie of voor het wisselen van
draadaanvoerrollen of draadgeleiders.
Raak geen onderdelen aan die onder spanning
staan of kunnen staan.
Wanneer men de lasdraad met behulp van de
pistoolschakelaar door het laspistool voert, staan de
de lasdraad en draadaanvoerrollen onder spanning.
Nadat de pistoolschakelaar losgelaten is kan de
spanning kan nog enkele seconden aanwezig
blijven.
Gebruik de machine of draadkoffer niet in geopende
toestant of wanneer er plaatwerk ontbreekt.
Alleen kundig en gekwalificeerd personeel mag
onderhoud aan draadkoffer en machine uitvoeren.
De drukkracht is af te stellen door de afstelschroef te
draaien. Met de klok mee draaien geeft een hogere
draaddruk, tegen de klok draaien geeft een lagere druk.
De drukregelaar, [32] in figuur 5, regelt de hoeveelheid
kracht die de draadaanvoerrol uitoefent op de lasdraad.
Een juiste afstelling van de drukregelaar geeft de beste
resultaten. Stel de drukregelaars als volgt in:
Aluminium draden:
Gevulde draden:
Massieve draden:
WAARSCHUWING
Als de draaddruk te laag is slipt de draadaanvoerrol over
de lasdraad. Als de draaddruk te hoog is bestaat de
kans op vervorming van de lasdraad, wat op zijn beurt
weer
draadaanvoerproblemen
laspistool.
De juiste druk moet ingesteld worden.
Verminder de druk geleidelijk totdat de draad juist begint
te slippen. Draai vervolgens de afstelmoer één slag met
de klok mee om de druk weer op de voeren.
Nederlandse
tussen 1 en 3
tussen 3 en 4
tussen 4 en 6
veroorzaakt
in
het
4
Invoeren van lasdraad in de toorts
Sluit een passende lastoorts aan op de machine. De
specificaties van de lastoorts moeten overeen komen
met de lasmachine.
Verwijder de gasverdeler en contac tip uit het laspistool.
Schakel de Koude draad/ Gas spoelen schakelaar [2]
(zie ook figuur 3) in de stand "Cold Inch" en houd deze
in deze stand totdat de lasdraad uit het uiteinde van de
lastoorts komt.
Stel met behulp van linker knop [2] (figuur 1) de
draadaanvoersnelheid in op ongeveer 10 m/min.
WAARSCHUWING
Houd ogen en hand ver van einde van het laspistool
gedurende draadaanvoer.
WAARSCHUWING
Wanneer er voldoende lasdraad uit het pistool komt
moet de machine uitgeschakeld worden alvorend de
gasverdeler en contacttip weer te plaatsen.
Draadaanvoerrollen wisselen
De machine wordt standaard vanaf de fabriek geleverd
met draadaanvoerrollen voor 1.0 en 1.2 mm. Voor
andere draadiameters en draadsoorten zijn sets met
aangepaste draadaanvoerrollen beschikbaar. Hieronder
de werkwijze voor het wisselen van de
draadaanvoerrollen:
Schakel de machine uit.
Zet de drukrolbrug vrij [32].
Verwijder de borgschroeven [33].
Open de beschermkap [34].
Wissel de draadaanvoerrollen [35] met de rollen
behorend bij de gebruikte draad.
WAARSCHUWING
Voor draden dikker dan 1.6 mm, moeten ook
onderstaande onderdelen verwisselt worden:
De draadinvoernippel en draaddoorvoernippel
[36] en [37].
De geleidebuis in de euroconnector [38].
Plaats en bevestig de beschermkap [34] voor de
draadaanvoerrollen.
Plaats de borgmoeren [33].
Figuur 5.
Nederlandse