OPMERKINGEN:
• Houd het gereedschap recht op de bout of moer.
• Een buitensporig hoog aantrekkoppel kan de bout of
moer en/of sok beschadigen. Alvorens het eigenlijke
werk te doen, moet u daarom altijd een proefje doen
met een gelijke bout om de juiste aantrektijd te bepa-
len.
Het aantrekkoppel wordt beïnvloed door een aantal ver-
schillende factoren, waaronder de volgende. Controleer
na het vastdraaien altijd het aantrekkoppel met een
momentsleutel.
1.
Spanning
• Wanneer de stroomspanning zakt zal het aantrek-
koppel ook kleiner worden.
2.
Sok
• Het gebruik van een sok die niet met bout of moer
overeenkomt zal resulteren in een te laag aantrek-
koppel.
• Een versleten of vervormde zeskante of vierkante
sok zal niet goed op de bout of moer passen, het-
geen resulteert in een lager aantrekkoppel.
3.
Bout
• Als de koppelverhouding en het type bout over-
eenkomen, kan door verschillen in diameter van
de bouten het juiste aantrekkoppel per bout toch
afwijken.
• Ook al zijn de diameters van twee bouten het-
zelfde, dan kunnen er nog verschillen in het juiste
aantrekkoppel tussen de twee bouten optreden,
als gevolg van verschillen in de koppelverhouding,
klasse en lengte van de bouten.
4.
Het aantrekkoppel is wat lager als een kogelge-
wrichtverbinding of verlengstaaf wordt gebruikt. U
kunt dit verlies aan aantrekkoppel compenseren
door de vastdraaitijd te verlengen.
5.
Het aantrekkoppel wordt beïnvloed door de manier
van vasthouden van het gereedschap of door het
materiaal waarin de bout wordt vastgedraaid.
ONDERHOUD
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en de
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens te
beginnen met inspectie of onderhoud.
• Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol en
dergelijke. Hierdoor kunnen verkleuring, vervormingen
en barsten worden veroorzaakt.
Vervangen van koolborstels
Verwijder en controleer regelmatig de koolborstels. Ver-
vang de koolborstels wanneer ze tot aan de limietmarke-
ring versleten zijn. Houd de koolborstels schoon, zodat
ze gemakkelijk in de houders glijden. Beide koolborstels
dienen gelijktijdig te worden vervangen. Gebruik uitslui-
tend gelijksoortige koolborstels. (Fig. 5)
Gebruik een schroevendraaier om de doppen van de
koolborstelhouders te verwijderen. Haal de versleten
koolborstels eruit, schuif de nieuwe erin, en zet daarna
de doppen weer goed vast. (Fig. 6)
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties,
onderhoud of afstellingen te worden uitgevoerd door een
erkend Makita servicecentrum, en dit uitsluitend met
gebruikmaking van originele Makita vervangingsonder-
delen.
ACCESSOIRES
LET OP:
• Deze accessoires of hulpstukken worden aanbevolen
voor gebruik met het Makita gereedschap dat in deze
gebruiksaanwijzing is beschreven. Bij gebruik van
andere accessoires of hulpstukken bestaat er gevaar
voor persoonlijke verwonding. Gebruik de accessoires
of hulpstukken uitsluitend voor hun bestemd doel.
Wenst u meer bijzonderheden over deze accessoires,
neem dan contact op met het plaatselijke Makita service-
centrum.
• Sokken
• Verlengstaaf
• Kogelgewrichtverbinding
17