BLUETOOTH®
Een ander apparaat met One-touch (NFC) verbinden
Met "Near Field Communication" (NFC) is draadloze communicatie op
korte afstand tussen het toestel en het andere apparaat mogelijk.
Door een NFC-compatibel ander apparaat bij de N-markering op dit
toestel te houden (volumeknop), worden dit toestel en het andere
apparaat aan elkaar gekoppeld en wordt automatisch een BLUETOOTH
verbinding gemaakt.
1
Activeer de NFC-functie op het andere apparaat.
Zie tevens de handleiding van het andere apparaat voor meer
informatie.
2
Houd het andere apparaat bij de N-markering op het
toestel (volumeknop).
Het apparaat trilt wanneer het koppelen is voltooid.
•
Houd het andere apparaat voor het verbreken van de verbinding
weer even bij de N-markering op het toestel (volumeknop).
•
Dit toestel kan tegelijkertijd slechts één NFC-compatibel apparaat
herkennen.
10
BLUETOOTH — Mobiele telefoon
Ontvangst van een gesprek
Wanneer een gesprek binnenkomt:
•
Het toestel beantwoordt automatisch het gesprek wanneer [
tijd is ingesteld. (
11, Automatisch een binnenkomend gesprek beantwoorden
Tijdens een gesprek:
•
De toetsen en het display lichten op in overeenstemming met de voor [
instellingen. (
17, 18
)
•
De Bluetooth verbinding wordt verbroken wanneer u het toestel uitschakelt of het voorpaneel
verwijdert.
De volgende bediening is mogelijk verschillend of niet beschikbaar afhankelijk van de telefoon die u
heeft verbonden.
Voor het
Op het voorpaneel
Eerste binnenkomende gesprek...
Beantwoorden van
Druk op
een gesprek
1
(
tot
Negeren van een
Druk op
gesprek
Beëindigen van een
Druk op
gesprek
AUTO ANSWER
DISPLAY
, de volumeknop of op een van de cijfertoetsen
6
).
.
.
] op een geselecteerde
)
] gemaakte