Het opladen van de batterijen:
Uw nieuwe batterijen bereiken hun optimale vermogen pas na ca. 3 keer opladen en ontladen.
Opladen van de batterij:
- Druk op de grendels (nummer V) van de accu
om deze van de machine los te maken.
- Schuif de batterij naar de voorzijde van de machine.
- Sluit de oplader aan op het spanningsnet (100 - 240 V
1
Wanneer u de stekker van de oplader in het stop-
contact steekt, knippert het groene controlelampje
3
De batterij wordt op de juiste wijze opgeladen.
Het groene
controlelampje
brandt.
- Haal de stekker van de oplader uit het stopcontact.
- Verschuif deze om hem uit de oplader te halen.
- Plaats de batterij opnieuw stevig op de machine.
Oplader:
- Met uw acculader kunt u uitsluitend de FACOM Lithium-Ion accu's 19,2 Volt van FACOM opladen.
Voorwaarden voor het opladen:
- Om de batterij zo goed mogelijk op te laden, heeft de oplader een temperatuursensor (NTC) waarmee tussen 0˚C en 45˚C
opgeladen kan worden.
- Wanneer de batterij bij een temperatuur onder 5˚C is bewaard, laat hem dan eerst op kamertemperatuur komen, alvorens hem op te laden.
- En omgekeerd, wanneer de batterij te warm is geworden na een langdurig gebruik, laat hem dan enkele minuten afkoelen
alvorens hem te gaan opladen.
V
).
AC
2
Steek de batterij stevig in de oplader door hem in de
richting van de pijl te schuiven.
.
De batterij wordt
opgeladen, het
rode controlelampje
brandt.
Wanneer de 2 controlelampjes knipperen is:
- ofwel de batterij is niet conform of defect,
- ofwel de oplader is defect.
Neem contact op met uw dealer
De oplader staat in stand-by,
want de temperatuur van de
accu is niet geschikt voor het
opladen, het rode controlelampje
brandt.
13