ning om de hoofdschakelaar in de "ON" stand te
blokkeren en u moet dus ook niet proberen om de
hoofdschakelaar in de "ON" stand te blokkeren.
3.Begin te snijden wanneer het mes op volle
snelheid is gekomen.
4.Zorg dat de snijlijn recht blijft tijdens het snij-
den. Beweeg de metaalsnijder met een con-
stante snelheid vooruit, terwijl u de rand van
het mes in het oog houdt door de doorzichtige
beschermkap.
WAARSCHUWING
•Voorkom een gevaarlijke terugslag. Houd de
schoen van de metaalsnijder plat op het werk-
vlak van het materiaal dat wordt gesneden.
•Forceer de metaalsnijder niet. Gebruik een
lichte en constante druk.
5.Als de motor warm begint aan te voelen, stop
dan met snijden. Laat de metaalsnijder afkoe-
len vóór u het werk hervat.
6.Het is een veilige gewoonte om telkens na
gebruik en alvorens de metaalsnijder op te
bergen de accu te verwijderen.
Afstelling van de snijdiepte
•Verwijder de accu.
•Maak de diepte-afstelhendel los door er tegen te
duwen en stel de snijdiepte af.
Maak de diepte-afstelhendel stevig vast door
deze bij de gewenste snijdiepte omhoog te halen
naar de motorbehuizing toe. (Zie afb. 5.)
Langsgeleider (EY3500B7727)
(Verkrijgbaar als accessoire, niet bijgeleverd)
De langsgeleider is handig voor schulpen en voor
herhaalde sneden met gelijke breedte.
•Verwijder de accu.
•Steek de langsgeleider naar binnen en stel de
snijbreedte af. (Zie afb. 6.)
•Draai de schroef stevig vast om de langsgeleider
vast te zetten.
Voor een correct gebruik (ver-
dere details)
WAARSCHUWING
Om ernstig letsel te voorkomen:
l Het is belangrijk een geschikt voorwerp te
gebruiken om het materiaal dat gesneden
wordt te ondersteunen en ook moet u de
metaalsnijder stevig met beide handen vast-
houden, om te voorkomen dat u de controle
verliest en het risico loopt op ernstig letsel.
•Afbeelding 7 toont de juiste houding.
•Houd de handen uit de buurt van de snijzone.
•Zorg dat omstanders voldoende uit de buurt
zijn en deze zich ook niet onder het werkstuk
bevinden.
•Probeer het materiaal tijdens het snijden niet
met uw hand vast te houden.
Grote stukken snijden:
Ondersteun grote stukken. Zorg dat u de diep-
te van de snede zo instelt dat u alleen door het
werkstuk snijdt en niet door de ondersteuning.
(Zie afb. 8.)
Grote stukken hebben de neiging door te
zakken of te buigen wanneer ze niet goed
worden ondersteund. Als het werkstuk niet
vlak ligt of niet goed ondersteund is wanneer
u het snijdt, kan het mes vastlopen met een
terugslag tot gevolg. (Zie afb. 9.)
•Ondersteun het materiaal niet op een plaats
ver verwijderd van de snede.
Dunne of gegolfde materialen snijden:
Snij dunne of gegolfde materialen minstens
2,5 cm vanaf de rand van het werkstuk
om persoonlijk letsel of beschadiging van
het werkstuk te voorkomen als gevolg van
dunne stroken metaal die in de bovenste
beschermkap worden getrokken.
•Gebruik enkel scherpe messen. Schone en
scherpe messen verkleinen het risico op
blokkeren of terugslag.
- 53 -