BEGLEC JB SYSTEMS LED SPOT Manual De Instrucciones página 12

NEDERLANDS
Elektrische installatie voor twee of meer units in DMX-modus:
 Het
DMX-protocol is een breed
gebruikt hogesnelheidssignaal om
lichtuitrustingen te bedienen. U moet
uw DMX bediening en alle units met
een gebalanceerde kabel van goede
kwaliteit (ex. JB Systems ref. 7-0063)
doorverbinden.
 Om
vreemd gedrag van de
lichteffecten, veroorzaakt door storing,
te voorkomen, moet u een afsluitweerstand van 90Ω tot 120Ω aan het eind van de
keten gebruiken. Gebruik nooit een Y-splitkabel, dit zal eenvoudig niet werken!
 Weet zeker dat alle units op het lichtnet zijn aangesloten.
 Elk lichteffect in de keten heeft een eigen DMX startadres nodig zodat het weet
welke commando's van de bediening het moet ontcijferen. In de volgende sectie
zal u leren hoe het DMX adres in te stellen.
Hoe het DMX adres in te stellen:
Er zijn twee manieren om de DMX adressen van de units in te stellen:
A. Automatische DMX-adressering:
Om veel tijd te besparen (stel u voor hoe lang het duurt om DIP schakelaars van 16 units in te
stellen ...) kan u de DMX-adressen van alle units in de DMX-keten instellen door gewoon op een
knop te drukken. Het is niet nodig om het startadres van elke individuele unit te berekenen, dit zal
voor u worden gedaan!
 Weet zeker dat de kabels van alle DMX units aangesloten zijn.
 Sluit alle units op het lichtnet aan zodat ze aangeschakeld zijn.
 Druk op de eerste unit (hoofdunit) gewoon één keer op de "adresknop" (7). Alle units zullen
uitschakelen en weer aan om aan te geven dat de adressen ingesteld zijn. Merk op dat de eerste
unit in de DMX-keten altijd DMX-adres 001 ontvangt. Omdat elke unit 4 DMX-kanalen ontvangt
start de tweede unit met adres 005, heeft de derde 009, heeft de vierde adres 013, ...etc.
 Klaar!
Opmerking: U kan de units mixen met andere DMX-effecten die geen automatische DMX-
adresseeroptie hebben. In dat geval moet u nog steeds de DMX-adressen van deze DMX-effecten
handmatiginstellen.
Hint 1: u kan ook het DMX-adres van elke unit 001 maken: druk op de DMX-adres knop op de
eerste unit, druk dan op de DMX-adres knop op de tweede unit, 3
DMX-adres 001 ontvangen.
Hint 2: u kan ook hetzelfde DMX-adres aan verscheidene units in dezelfde keten geven: als u
bijvoorbeeld 8 units op elkaar hebt aangesloten en u wilt 2 setjes van 4 units, elk met hetzelfde
adres, doe dan het volgende: druk op de DMX-adres knop op de eerste unit: unit 1 t/m 8 zullen,
startende vanaf 001 voor unit 1, geadresseerd worden. Druk hierna op de DMX-adres knop van de
vijfde unit: unit 5 t/m 8 zullen weer ,startende vanaf 001 voor unit 5, geadresseerd worden. Units
1+5, 2+6, 3+7 and 4+8 zullen hetzelfde DMX-adreshebben.
B. DMX-adres op afstand instellen door iedere standaard DMX-bediening:
Een verbazingwekend kenmerk is het "adresseersysteem op afstand" dat uitgevoerd kan worden
met elke gewone DMX-bediening! Van op afstand kan u het startadres van de eerste unit instellen
en alle aangesloten units zullen automatisch hun eigen adres ontvangen.
Om dit te doen moet u een looplicht programmeren dat twee scènes bevat, elk met 4 kanalen. Om
het startadres in te stellen moet u eerst een kleine berekening maken op basis van de volgende
formule:
DMX Startadres = (CH3 x 256) + CH4 + 1
In deze formule kan CH3 0 of 1 zijn en kan CH4 reiken van 000 tot 255.
Enkele voorbeelden om dit duidelijk te maken:
 Startadres = 010:
CH3= 0
 Startadres = 257:
CH3= 1
 Startadres = 403:
CH3= 1
JB SYSTEMS® 19/44
HANDLEIDING
de
unit, etc.... Alle units zullen
CH4= 9 [ (0 x 256) + 9 + 1 = 10 ]
CH4= 0 [ (1 x 256) + 0 + 1 = 257 ]
CH4= 146 [ (1 x 256) + 146 + 1 = 403 ]
LED SPOT – LED WASH
NEDERLANDS
Volg de volgende stappen (in dit voorbeeld is het startadres ingesteld op 403):
 Weet zeker dat de DMX kabels van alle units zijn aangesloten.
 Sluit alle units op het lichtnet aan zodat ze aangeschakeld zijn..
 Bewerk scène 1: CH1= 0, CH2= 255, CH3= 1, CH4= 146
 Bewerk scène 2: CH1= 255, CH2= 0, CH3= 1, CH4= 146
 Programmeer deze twee scènes in looplicht (chase) en start de chase om de DMX adressen
automatisch in te stellen. U zal opmerken dat alle units één keer knipperen om aan te geven dat
de adressen ingesteld zijn.
 Druk twee keer op de blackout knop op uw bediening om alle units op verduistering te zetten en
terug aan.
 Klaar: in dit geval heeft de eerste unit startadres 403, heeft de tweede startadres 407, heeft de
derde startadres 411, ...
Opmerking: U kan de units mixen met andere DMX-effecten die geen DMX-adresseeroptie op
afstand hebben. In dat geval moet u nog steeds de DMX-adressen van deze DMX-effecten
handmatiginstellen!
OPHANGEN VAN HET APPARAAT
 Belangrijk: De installatie van het toestel mag uitsluitend door bekwaam onderhoudspersoneel
uitgevoerd worden. Onjuiste plaatsing kan ernstige letsels en/of schade aan eigendommen tot
gevolg hebben. Het ophangen vergt veel ervaring. U behoort de grenzen te respecteren aan de
werklast; erkende installeringmaterialen moeten worden gebruikt; de veiligheid van het
geïnstalleerde toestel moet regelmatig worden gecontroleerd.
 Overtuig U ervan dat het gebied onder installatieplaats vrij is van ongewenste personen tijdens het
plaatsen, het weghalen en het onderhoud.
 Het toestel moet worden geïnstalleerd buiten het bereik van iedereen en weg van plaatsen waar men mag
lopen en zitten.
 Alvorens tot plaatsen over te gaan, moet men controleren dat de minimum puntbelasting van de
installatieplaats 10 keer het gewicht van het toestel bedraagt.
 Gebruik bij het installeren van het toestel altijd een gewaarmerkte veiligheidskabel die 12 keer het gewicht
van het toestel kan dragen. Deze bijkomende veiligheidsbevestiging moet zo worden aangebracht dat
geen deel van het toestel meer dan 20 cm vallen kan als de hoofdbeveiliging faalt.
 Het apparaat moet goed worden vastgezet; aan een vrij zwaaiende montering mag zelfs niet gedacht
worden.
 De gebruiker moet er zich van verzekeren dat de installaties met betrekking tot de veiligheid en de
technische mechaniek door een expert zijn goedgekeurd alvorens ze voor de eerste keer te gebruiken. Elk
jaar moeten de installaties worden gekeurd door een vakman om te controleren of de veiligheid nog steeds
perfect is.
 3 verschillende bevestigingsmethodes zijn mogelijk:
 Bevestiging aan ALU truss: gebruik een optionele steunklem.
 Muur- of plafondbevestiging: gebruik 2 aangepaste schroeven om de basisplaat (5) aan de muur of het
plafond te bevestigen.
 Op een horizontaal oppervlak: bevestig de unit gewoon op de meegeleverde basisplaat (5) en zet het
op een stabiel, horizontaal oppervlak.
Op een horizontaal
oppervlak geplaatst muurbevestiging
JB SYSTEMS® 20/44
HANDLEIDING
plafond of Bevestigd aan ALU
truss
LED SPOT – LED WASH