OPMERKING: Deze functie werkt niet als de versnel-
ling niet het vooraf bepaalde niveau bereikt wanneer
met het gereedschap wordt gezwaaid.
OPMERKING: Als tijdens beitelen, bikken of slopen
met het bit wordt gezwaaid met een vooraf bepaalde
versnelling, wordt de motor geforceerd gestopt. Laat
in dat geval de trekkerschakelaar los en knijp daarna
de trekkerschakelaar weer in om het gereedschap
weer te starten.
MONTAGE
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens enig werk aan het gereedschap uit te
voeren.
Zijhandvat
► Fig.8
LET OP:
Gebruik het zijhandvat alleen bij bei-
telen, bikken of slopen. Gebruik het niet bij boren
in beton, metselwerk, enz. Het gereedschap kan
niet goed worden vastgehouden met dit zijhandvat
tijdens het boren.
► Fig.9: 1. Zijhandvat 2. Klemmoer
Het zijhandvat kan over 360° om de verticale as wor-
den gedraaid zodat deze in elke gewenste stand kan
worden vastgezet. Hij kan ook worden vastgezet in acht
verschillende standen, van voren naar achteren in hori-
zontale lijn. Draai de klemmoer los om het zijhandvat
naar de gewenste stand te verdraaien en draai daarna
de klemmoer stevig vast.
Zijhandgreep (extra handgreep)
LET OP:
Gebruik altijd de zijhandgreep om
veilig te kunnen werken.
LET OP:
Na het aanbrengen of afstellen van
de zijhandgreep, controleert u of de zijhandgreep
stevig is vastgezet.
De zijhandgreep kan naar beide kanten worden ver-
draaid zodat het gereedschap eenvoudig kan worden
gehanteerd vanuit iedere stand. Draai de zijhandgreep
los door hem linksom te draaien, verdraai deze naar
de gewenste stand en zet hem weer vast door hem
rechtsom te draaien.
► Fig.10: 1. Zijhandgreep
Smeren
Smeer het uiteinde van de schacht van de boor vooraf
in met een beetje vet (ong. 0,5 tot 1 gram).
Met een ingevette boorkop zal het gereedschap beter
werken en langer meegaan.
De boor aanbrengen en verwijderen
Reinig het uiteinde van de schacht van de boor en
smeer het met vet voordat u de boor aanbrengt.
► Fig.11: 1. Uiteinde van de schacht 2. Smeren
Breng de boor aan in het gereedschap. Draai de boor
en duw hem naar binnen tot hij vergrendelt.
Controleer na het aanbrengen van de boor altijd of de
boor stevig in het gereedschap is bevestigd door te
proberen hem eruit te trekken.
► Fig.12: 1. Boor
Om de boor te verwijderen, trekt u de boorkopmof
helemaal omlaag en trekt u de boor eruit.
► Fig.13: 1. Boor 2. Boorkopmof
Beitelhoek (bij beitelen, bikken of
slopen)
De beitel kan onder de gewenste hoek worden vast-
gezet. Om de beitelhoek te veranderen, draait u de
werkingsfunctiekeuzeknop naar het symbool O. Draai
de beitel naar de gewenste hoek.
► Fig.14: 1. Werkingsfunctiekeuzeknop 2. Pijlpunt
Draai de werkingsfunctiekeuzeknop naar het sym-
bool
. Controleer daarna of de beitel stevig op zijn
plaats vastzit door deze iets te verdraaien.
Dieptemaat
De dieptemaat is nuttig voor het boren van gaten van
gelijke diepte.
Houd de vergrendelknop ingedrukt en steek daarna de
dieptemaat in het zeskantgat.
► Fig.15: 1. Dieptemaat 2. Vergrendelknop
Let erop dat de getande kant van de dieptemaat naar
de markeringen is gericht.
► Fig.16: 1. Markering 2. Getande kant
Stel de dieptemaat af door hem naar voren en achteren
te bewegen terwijl de vergrendelknop ingedrukt wordt
gehouden. Laat na het afstellen de vergrendelknop los
om de dieptemaat te vergrendelen.
OPMERKING: Zorg ervoor dat de dieptemaat niet
tegen de behuizing van het gereedschap aan komt
wanneer u hem aanbrengt.
Hulpstuk voor stofafzuiging
Optioneel accessoire
Het hulpstuk voor stofafzuiging
aanbrengen
1.
Draai de zijhandgreep op het gereedschap los.
2.
Breng de stofafdichting zodanig aan dat de klau-
wen van de stofafdichting in de gleuven tussen het
gereedschap en de zijhandgreep vallen.
► Fig.17: 1. Stofafdichting 2. Klauw 3. Groef
3.
Draai de zijhandgreep stevig vast.
60 NEDERLANDS