Werken met de laserontvanger RX
2
Gebruik de laserontvanger RX voor het nivelleren op grote afstanden
of in geval van niet meer zichtbare laserlijnen. Schakel in met de toets F.
Het led-middenbereik brandt en een signaal klinkt.
Lijnlaser:
RX 40:
Schakel de lijnlaser in de handontvangermodus. Nu pulseren de laserlijnen
met een hoge frequentie en de laserlijnen worden donkerder. De laser
ontvanger kan de laserlijnen dankzij het pulseren tot max. 40 m.
Beweeg nu het ontvangstveld (B) van de laserontvanger door de laserlijnen
omhoog en omlaag (horizontale laserlijn) resp. naar opzij (verticale laserlijnen)
totdat de middelste LED oplicht. Kenmerk nu de horizontale resp. de verticale
referentiemaat.
Minimumafstand tot het laserapparaat ca. 3 m. Let op dat de laser-
!
lijnen niet door spiegelende oppervlakken worden gereflecteerd.
De reflecties kunnen tot verkeerde metingen leiden.
Snel piepgeluid
(onderste led)
De lichtintensiteit van de laserlijnen is in het midden het hoogst
!
en neemt af naar de randen toe. Hierdoor kan het maximale
ontvangstbereik van de laser worden verminderd.
12
NL
Deze toets schakelt de handontvangermodus in en uit.
Met de toets wordt de gevoeligheid van het
middenbereik ingesteld.
37 mm
Laser
Constant geluid
(middelste led)
= Markeer de
referentiemaat
Langzaam
piepgeluid
(bovenste led)