2. Voorbeeld
Nu willen wij een „15"-verdeling maken. d.w.z.
een volledige cirkel met 15 vormelementen,
bijv. boorgaten op een gaatjescirkel, invullen.
Bij een 15-verdeling bedraagt een stap, waar-
bij de flens per "bewerkingsgang" verder dra-
ait, 360°/15 stappen=24°/stap.
Als wij nog een keer met de nieuwe waarden
en de bekende formule rekenen, stellen wij vast
dat er met de krukoverbrenging van 1:40 geen
sprake is van een heel aantal krukomwentelin-
gen.
40
---- = 2,666 krukomwentelingen
15
Vanwege de 'gebroken' rest moeten wij nu een
passende verdeelschijf zoeken waarmee het
gaatjesaantal en de daaruit verkregen verdeling
onze gewenste omwentelingshoek "nage-
vormd" kan worden.
Hiertoe bevindt zich in de bijlage een keuze -
tabel waarmee wij eenvoudig de voor onze ver-
deling benodigde verdeelschijf kunnen vinden.
De gegeven kolommen en rijen van de tabel
hebben de volgende betekenis:
Betekenis van de waarden uit de keuze -
tabel voor de verdeelschijf:
Kolom a: uit te voeren (gewenste) verdeling
Kolom b: overeenkomstige "stapgrootte" in
gra den (360° gedeeld door de verde-
ling)
Kolom c: vereiste aantal "volledige" krukom-
wentelingen
Kolom d: extra gaten die voor het uitvoeren
van de gewenste verdeling (met ver-
schillende verdeelschijven) vereist
zijn.
De verschillende gegevens uit kolom d komen
ook terug bij de mogelijke verdeelschijven: De
gewenste krukhoek kan immers met verschil-
lende verdeelschijven bij een verschillend aan-
tal gaatjes bereikt worden: De benodigde gelij-
ke hoek kan echter bij een andere verdeling
van de verdeelschijf met een telkens verschil-
lend aantal gaatjes gevormd worden.
– 28 –
Wij zoeken dus in onze kolom a de waarde
voor de gewenste verdeling, dus „15". In de
daarbijbehorende rij geeft de aangrenzende
kolom de waarde van de gradengrootte aan,
namelijk 24° per stap. Daarnaast staat „2", dat
betekent „2 volledige omwentelingen", verder
nog (ook daarnaast) 18 gaten op de 27-schijf
(18 „extra" gaten gedeeld door 27 gaten geeft
0,666, de waarde die na de berekening hier -
boven nog bij beide volledige omwentelingen
rekening houdend met de flensoverbrenging
voor onze noodzakelijke stapgrootte ont-
breekt!).
Of anders geformuleerd:
3 gaten op de 27-gaatjesschijf komt overeen
met 1/9 draaiing van de kruk (dus een graad
van de flens, aangezien 40x9=360 is, zie ver-
der hierboven). 1/15 verdeling komt overeen
met 24 graden (15x24=360 graden). Wij moe-
ten daarom de kruk 24/9 maal draaien. Dus 2
volledige omwentelingen en 18 gaten op de
schijf met 27-verdeling.
Hoe men in de praktijk te werk gaat wordt
aan de hand van dit voorbeeld getoond:
1. Gewenste verdeling in de tabel opzoeken
en de geschikte verdeelschijf kiezen.
2. Indien noodzakelijk de gekozen verdeel-
schijf inzetten. Zie hoofdstuk: "Verwisselen
van de verdeelschijven"
3. Werkstuk inspannen en in 0-stand (uitgang-
spositie) brengen. Let op: Erop letten dat
de flens vrij kan draaien en niet mee vast-
gezet wordt.
4. Krukpen in een gat op de geschikte gaat-
jescirkel steken.
5. Flens vastzetten, daarna de eerste bewer-
kingsstap uitvoeren.
6. Weer losdraaien.
7. De (bovenste) sectorbegrenzer (1, fig.11)
zover met de wijzers van de klok meedra-
aien tot deze tegen de nog ingezette kruk-
pen 3 aanvalt.
8. De onderste sectorbegrenzer 2 voor het
aantal vereiste extra gaten (de tabelwaarde
uit kolom „d"!) met de wijzers van de klok
meedraaien. De bovenste sectorbegrenzer
blijft daarbij tegen de ingezette krukpen
vallen.