2.10 Bijvullen koelmiddel
Procedure om het koelmiddel in de externe eenheid weer op de juiste hoeveelheid te brengen:
1. draai de doppen van de kranen van de twee- of driewegkleppen eraf.
2. zet de airconditioner op koelen (controleer dat de compressor het doet) en laat het een paar minuten werken.
3. sluit de manometer aan
4. sluit de tweewegklep
5. als de manometer op "0" staat moet men de driewegklep sluiten en meteen de airconditioner afzetten
6. sluit de doppen van de kleppen
OPGELET:
Vul het koelmiddel voorzichtig bij en houd U aan de voorschriften die bij het koelmiddel horen, trek beschermende
kleding aan en voorkom dat het gas plotseling en met kracht uit de bus of fl es, of de aansluitingen van de aircon-
ditioner zelf kan stromen
2.11 Vulling met koelgas
Voordat men gaat vullen met koelmiddel, moet men controleren dat alle kleppen en kranen gesloten zijn.
NB na de eerste installatie moet men de procedure van paragraaf 2.9 "creëren van een vacuüm en controleren op
lekken" uitvoeren.
1. Sluit op aansluiting voor lage druk van de manometer de serviceklep aan, en de fl es met koelmiddel op de middel-
ste aansluiting van de manometer. Open de fl es met koelmiddel en daarna ook de dop op de middelste aansluiting;
draai aan de naaldklep totdat men het koelmiddel naar buiten hoort komen, daarna de naald loslaten en de dop
weer aandraaien;
2. Open de kraan van de twee- en driewegklep;
3. Zet de airconditioner aan in koelmodus. Laat hem een paar minuten werken;
4. Plaats de koelgasfl es op de elektronische weegschaal en noteer het gewicht.
5. Controleer de druk op de manometer;
6. Open de knop "LOW", laat het koelmiddel geleidelijk lopen;
7. Als het in het circuit ingebrachte koelmiddel het juiste niveau van vulling bereikt (controleerbaar door het verschil
in gewicht van de gasfl es), de "LOW" knop sluiten.
8. Als men de bijvuloperatie heeft voltooid moet men de bedrijfstest uitvoeren. Meet de temperatuur van de gaslei-
ding met de speciale thermometer. De temperatuur moet tussen 5° en 8°C boven de op de manometer gemeten
temperatuur in liggen, overeenkomstig de verdampingstemperatuur. Voer nu de lekproef uit door de druk te meten:
sluit de manometergroep aan op de service-driewegklep. Open de twee- en driewegklep helemaal, doe de aircon-
ditioner aan en controleer met de lekkenzoeker dat er geen lekken zijn van koelmiddel. (Zijn er wel lekken, dan
moet men de procedure in paragraaf 2.10 "Bijvullen koelmiddel" uitvoeren);
8. Maak de manometer los van de klep en zet de airconditioner uit;
9. Maak de fl es met koelmiddel los van de manometer en sluit alle doppen.
OPGELET:
Laat geen R32 in de buitenlucht ontsnappen!
Dit toestel bevat een gefl uoreerd broeikasgas dat onder het Verdrag van Kyoto valt en een GWP* = 675 heeft. Als 1 kg
van dit broeikasgas in de lucht zou vrijkomen, zou de impact op de opwarming van de aarde 675 keer groter zijn dan bij
1 kg CO2, en dit gedurende een periode van 100 jaar.
In geen enkel geval mag de gebruiker zelf handelingen uitvoeren aan het koelcircuit of het product demonteren. Als dat
nodig is, moet u zich steeds tot het daartoe gekwalifi ceerde personeel richten.
(*) GWP, de afk orting van "Global Warming Potential", staat voor het aardopwarmingspotentieel van het gas met betrekking tot het broeikaseff ect.
BE
/ 187