Aanwijzignen; Neem A.u.b. De Volgende; Veiligheidsaanwijzignen In Acht - storchenmuhle Primus Instrucciones De Montaje

Grupo 1, 9-18 kg
Tabla de contenido

Publicidad

Chapitre 4
– Indications
Hoofdstuk 4 – Aanwijzignen
4.1 Veuillez tenir compte des indications de sé-
curité
suivantes
Veillez à un bon passage de sangle aux points soumis
à des charges. La serrure de sangle doit se trouver
au-dessous du passage de sangle.

4.1 Neem a.u.b. de volgende

veiligheidsaanwijzignen in acht

Let op de juiste geleiding van de gordel aan de
belaste punten. Het gordelslot moet onder de
gordelgeleiding liggen.
Le siège d'enfant ne peut être utilisé dans un
véhicule que si un tel véhicule agréé est
équipé d'une ceinture automatique à trois
points autorisée par le réglement UN-ECE
No. 16 ou par toutes autres normes
comparables.
Le siège d'enfant doit être fixé dans la voiture
de maniére à ne pas être coincé par les
sièges avant ou les portières.
Le siège d'enfant doit toujours être fixé selon
les instructions de mise en place même s'il
n'est pas utilisé. Un siège non fixé peut blesser
les autres passagers lors d'un arrêt d'urgence.
Le siège d'enfant ne doit pas être modifié et
les instructions de montage et de service
doivent être soigneusement respectées sans
quoi des dangers correspondants ne pourront
pas être exclus lors du transport de l'enfant.
Les sangles ne doivent pas être tortillées ou
coincées et seront bien tendues.
Après un accident le siège d'enfant doit être
remplacé et révisé en usine.
F
NL
4.1
Het kinderstoeltje mag uitsluitend in
voertuigen worden gebruikt die zijn voorzien
van automatische driepuntgordels die volgens
UN – ECE – regeling nr. 16 of andere
vergelijkbare normen zijn goedgekeurd.
Het kinderstoeltje moet dusdanig in de auto
worden bevestigd, dat het niet door de stoe-
len van de bestuurder of voorste passagier
of door autoportieren kan worden
vastgeklemd.
Het kinderstoeltje dient altijd volgens de mon-
tageaanwijzing te worden bevestigd. Dit geldt
tevens als het niet wordt gebruikt. Een onbe-
vestigd stoeltje kan bij een noodremming
andere passagiers lichamelijk letsel
veroorzaken.
Het kinderstoeltje mag niet worden gewijzigd
en de montage- en gebruiksaanwijzing moet
steeds in acht worden genomen. Indien dit
niet gebeurt kan een gevaar voor het kind
tijdens het transport niet worden uitgesloten.
De gordels mogen niet worden verdraaid of
ingeklemd en de gordels moeten steeds
strak getrokken worden.
Na een ongeval moet het kinderstoeltje
worden vervangen en in de fabriek worden
gecontroleerd.
1329-4-04/1
1230F-4-02/1

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Tabla de contenido