Ref. 11/558
1.
INFORMACIÓN GENERAL
La tarjeta PM2094-V permite, si instalada en una
cadena VES, verificar la integridad de la línea de
enlace con los altavoces. Esta tarjeta se debe
poner al final de la propia línea, para permitir
verificarla en su totalidad. Una característica
fundamental de la PM2094-V es que no precisa
ningún tipo de alimentación: basta conectar los
dos terminales de la línea (100V) a la tarjeta para
ponerla operativa. Las medidas de la tarjeta son
tales que permiten introducirla en una caja de
derivación normal para instalaciones eléctricas
(cód. Paso 27/901 y AC911).
2.
CONEXIONES
Una buena conexión a los difusores normalmente
se ejecuta en cascada (ver fig. 2.1): en este caso
basta poner una sola tarjeta PM2094-V al final
de la línea, para controlarla. De todas maneras es
posible, utilizando varias tarjetas, controlar
también instalaciones con configuración 'en
estrella' (fig. 2.2): en este caso es necesario dirigir
las tarjetas de manera oportuna (ver tabla 2.3).
El número máximo de tarjetas conectables es 12:
se aconseja, en todo caso, no superar 3
ramales (ver fig. 2.2).
Fig./Afb. 2.1
Nota Las direcciones de las tarjetas DEBEN ser
consecutivas. Esto significa que no se puede dejar
un 'hueco' entre una tarjeta y la siguiente. Es preciso
así mismo seleccionar, con los conectadores
correspondientes CN106 y CN107, la potencia
total de la línea controlada. Para ello se remite a
cuanto indicado en la tabla 2.4.
6
1.
ALGEMEEN
Met de kaart PM2094-V, indien in een VES systeem
geïnstalleerd, is het mogelijk te controleren of de
verbindingslijn naar de luidsprekers intact is. Deze
kaart wordt aan het einde van de lijn zelf geplaatst,
zodat de lijn in zijn totaliteit gecontroleerd kan
worden. Een fundamentele eigenschap van de
PM2094-V is dat er geen enkele vorm van voeding
vereist is: het is voldoende de twee klemmen van
de lijn (100V) aan te sluiten op de kaart om deze te
activeren. De afmetingen van de kaart zijn dusdanig
dat hij in een normale aftakkast voor elektrische
systemen past (codes Paso 27/901 en AC911).
2.
AANSLUITINGEN
Een goede luidsprekeraansluiting is normaal
gesproken in cascade configuratie (zie afb. 2.1): in
dit geval is het voldoende een enkele PM2094-V
kaart aan het einde van de lijn te installeren om deze
te kunnen controleren. Door gebruik van meerdere
kaarten is het echter ook mogelijk om systemen met
een 'ster' configuratie te controleren (afb. 2.2): in dit
geval moeten de kaarten op opportune wijze worden
geadresseerd (zie tabel 2.3). Er kunnen maximaal 12
kaarten worden aangesloten: in ieder geval wordt
aanbevolen niet meer dan 3 vertakkingen te
maken (zie afb. 2.2).
Opmerking De adressen van de kaarten MOETEN
consecutief zijn. Dit betekent dat er geen 'gat' kan
worden gelaten tussen een kaart en de erop volgende
kaart. Het is bovendien noodzakelijk om, middels
de hiervoor bestemde connectors CN106 en
CN107, het totale vermogen van de gecontroleerde
lijn te selecteren. Om dit te doen raadpleegt u de
gegevens uit tabel 2.4.
- PMS2000 System -
Fig./Afb 2.2
PM2094-V