Publicidad
Idiomas disponibles
Idiomas disponibles
INSTRUKTIES VOOR INSTALLATIE, ONDERHOUD EN GEBRUIK VAN DE KAP MOD. K71
ALGEMEEN
Voordat men met de installatie en/of gebruik van de kap begint is het van belang goed de instrukties door te nemen.
Voordat men de kap gaat aanbrengen moet men er zich van verzekeren dat de spanning (V) en de frequentie (Hz) op het kentekenplaatje
alswel de technische gegevens die aan de binnenkant van de kap zijn aangegeven, overeenstemmen met de spanning en frequentie ter
plaatse van de installatie.
Kentekenplaatje en technische gegevens
Het kentekenplaatje en de technische gegevens bevinden zich aan de binnenkant van het apparaat.
INSTALLATIE
De accessoires die nodig zijn om de kap aan te brengen bevinden zich in de kap zelf.
De kap is converteerbaar en kan dus gebruikt worden als AFZUIGKAP of als ZUIVERINGSKAP.
Als men de kap voor AFZUIGING wil gebruiken moet de opening (doorsnede 125) (Fig. 2) aan een afvoerkanaal dat direkt een
aansluiting met de buitenlucht heeft met een minimum sectie van 150 cm2 worden verbonden.
Het onderdeel van de kap moet zich op tenminste 70cm hoogte van de kookplaat bevinden.
IN GEEN GEVAL MAG DE KAP WORDEN AANGESLOTEN AAN SCHOORSTENEN VAN ANDERE NIET-ELEKTRISCHE
APPARATEN (boiler, stoomketel, haarden enz.). Het apparaat mag niet worden aangebracht boven een kookplaat met stralingsplaten.
ELEKTRICITEITSVOORZIENING
De kap is bestemd voor een permanente, vaste aansluiting. Voor spanning en frequentie moet men het kentekenplaatje aan de binnenkant
van het apparaat controleren. De voedingskabel (type H05VV-F 2x0,75 mm2), verbonden aan de klemmen aangegeven door L (lijn), N
(neutraal) van de kap en vastgemaakt met de kabelklem, moet verbonden worden aan een daarvoor geschikt en toegankelijk vast
voedingspunt, uitgevoerd door gespecialiseerd en bevoegd personeel dat de installering moet uitvoeren met inachtneming van de van
kracht zijnde normen en wetten, met een meerpolige bovenstroomse schakelaar en contactopeningen van minstens 3 mm.De fabrikant
wijst elke verantwoording af in het geval dat niet alle van kracht zijnde regels tegen ongelukken in acht worden genomen welke
noodzakelijk zijn voor normaal gebruik en regelmatige werking van het stroomnet.
WERKINGSMOGELIJKHEDEN
Opzuiging
Het verbindingsstuk D aan de bovenkant van de kap bevestigen met de twee schroeven die zich in het zakje in de verpakking (Fig. 2)
bevinden.
Met een buis (doorsnede : 125mm) dit verbindingsstuk D aan het afvoerkanaal van dampen en geuren met een min. sectie van 150cm
verbinden.
Wanneer men niet beschikt over dit afvoerkanaal, kan in de muur een gat worden geboord dat groot genoeg is om een regen-wind luikje
2
aan te brengen met een min. sectie van 150 cm
en deze verbinden met een buis aan het afvoerverbindingsstuk van het apparaat.
Zuivering
De kap kan worden omgevormd voor luchtzuivering als er geen mogelijkheid bestaat voor luchtafvoer naar buiten.
In dit geval wordt de lucht gecirculeerd door de opening R (Fig.8). Voor de functionering van de kap als luchtzuiveringsinstallatie is het
gebruik van een aktieve koolstoffilter noodzakelijk voor het absorberen van kookgeuren. Deze filter moet periodiek vernieuwd worden,
tenminste om de 3 maanden, om een normale goede werking te garanderen.
DE AKTIEVE KOOLFILTER AANBRENGEN
Voordat men begint met het aanbrengen van de koolstoffilter moet de meerpolige schakelaar op stand 0 (OFF) gezet worden.
Druk uitoefenen op de hendel van de metalen vetfilter naar de achterkant van het apparaat, totdat deze uit de zitting aan de voorkant
loskomt en aldus verwijderd kan worden door naar beneden te drukken (Fig. 10).
De koolstoffilter kan nu aangebracht worden in de koolstoffiltersteun M (Fig. 11). De filter is voorzien aan de achterkant van twee
tongetjes voor het situeren en twee tongetjes aan de voorkant om de filter te blokkeren.
Om de filter te verwijderen moet men op de voortongetjes drukken naar achteren toe en de filter naar beneden trekken (Fig.11)
De metalen anti-vet filters weer op hun plaats vastmaken.
MONTAGE INSTRUKTIES
De kap is bestemd voor montage aan het plafond. De kap moet op tenminste 70cm boven de kookplaat aangebracht worden.
De plaat A (Fig.1) tegen het plafond houden en de 4 gaatjes B (zie fig.1) aanstippen. Het gaatje C geeft de tegenovergestelde plaats aan
van het knoppenpaneel van de kap (zie fig. 10.1). Op de aanstippingen gaatjes boren met een boorpunt van 8 mm, de plugs erin draaien
en de plaat A nu met de 4 schroeven goed bevestigen (plugs, schroeven en sluitringen bevinden zich in het accessoires-zakje). Het
verbindingsstuk D met 2 schroeven (bijgeleverd) aan de kap vastmaken en hieraan de afvoerbuis van het lokaal verbinden (Fig.2).
2 van de 4 hoeksteunen E aan het motorkastje S met elk 4 schroeven vastmaken. De vouwen E1 moeten naar voren gericht zijn (Fig.
3.1), daarna de andere twee hoeksteunen E aan de achterkant van het motorkastje bevestigen en nu moeten de vouwen E2 naar buiten
gericht zijn (Fig. 3.2). Nu is het mogelijk de hoogte van de kap te regelen door de 4 hoeksteuntjes E in de juiste regelgaatjes op de kap
aan te brengen. Het motorhuis monteren door de 4 hoeksteunen E te verenigen met behulp van de versterking F ( zoals in Fig. 3) met 4
schroeven.
De carter H in het motorhuis aanbrengen waarbij de gaatjes voor de filterwerking naar boven en naar de zijkant komen. Nu kan de carter 1
(Fig. 4) aan de buitenkant van de carter H aangebracht worden.
Alles wordt nu omhoog getrokken maar iets meer naar achteren ten opzichte van de plaat A die aan het plafond vastzit (Fig. 5 en Fig. 5.1).
Nu naar voren drukken maar tegen het plafond aansteunen zodat de vouwen E1 en E2 van de 4 hoeksteunen E precies in de voor- en
zijgaatjes van de plaat A (Fig. 5, 5.1, 5.1A en 5.1B) komen. Hierna kan het motorhuis met 8 schroeven (Fig. 6 en Fig. 6.1) bevestigd
worden.De elektriciteit aanvoer en de luchtafvoerbuis aansluiten.
De metalen filters uit de kap verwijderen. De fixeerschroeven "F" (Fig. 7.1) losdraaien (d.w.z. de rechter en linker schroef) en de
bevestigingshoek "Z" (Fig. 7.1) verwijderen door deze naar boven te trekken. De glasplaat "Q" bovenop de kap leggen. Door de
betreffende opening de bevestigingshoek "/" steken (deze was voorheen verwijderd), totdat de korte zijde hiervan horizontaal op de
glasplaat rust. De bevestigingshoek "Z" aan de onderkant vastmaken door opnieuw de schroeven"F"aan te schroeven en aan de kap te
verbinden.
Opletten dat de bevestigingshoek goed vastzit, dus goed aandraaien. De metalen filters weer aanbrengen.
De ventilatiebuis aan de verbindingsbuis "N"vastmaken (Fig. 1).
De carter H tegen het plafond optrekken en de zijgaatjes van de carter precies op de gaatjes van de plaat laten rusten, daarna met de 4
schroeven fixeren (Fig. 8).
De onderkant van de kap K (Fig. 8.1) optrekken en in het motorhuis aanbrengen met de tongetjes L1 in de juiste openingen, dan
vastschroeven met de 10 bijgeleverde schroeven (Fig. 9.9.1).
PANEEL
Het paneel (Fig. 6) bestaat uit een serie schakelaars aan de voorkant van de kap en bevat :
3 knoppen voor de moteraandrijving ( 1 - 2 - 3 snelheden);
1 knop voor het lampje ;
1 knop voor moter "uit" ;
Als het paneel electronische aandrijving heeft, moet men de bijgevoegde instructies lezen.
ONDERHOUD
Voordat men met onderhoud aanvangt moet men zich ervan verzekeren dat het snoer uit het stopcontact gehaald is of dat de schakelaar op
O (OFF) staat.
Schoonmaak
De buitenste delen van de kap schoonmaken met een vloeibaar, niet bijtend wasmiddel; vermijd gebruik van schuurmiddelen of borstels.
Vervanging van het lampje
Eerst de electriciteit uitstellen (stand O (OFF) van de meerpolige schakelaar). De metalen anti-vet filters verwijderen (Fig. 10). In geval
van een halogeen lampje, eerst met behulp van een schroevendraaier de steunring van het glas verwijderen en alleen lampjes gebruiken met
een fitting G4 20Wmax. Het beschermingsglas weer monteren met de steunring. Indien het een dichroïsche halogeen lamp 12V betreft, de
lamp vervangen door een lamp met fitting GU5.3 20 Wmax. In geval van een halogeen lamp 230V, alleen vervangen door een lamp met
fitting E14 50Wmax. De metalen anti-vet filters weer aanbrengen.
Vervanging van de koolfilter
2
Zie aanbrenging koolfilter.
Reiniging van de metalen anti-vet filter
De verzadiging van vetresten in de metalen filter kan het gevaar van ontvlamming verhogen. Teneinde brandgevaar te voorkomen, moet de
metalen filter naar gelang gebruik en tenminste elke drie maanden gewassen worden in de afwasmachine of in warm water met een
normaal wasmiddel. Na de metalen filter goed afgespoeld en gedroogd te hebben plaatst men deze weer in de betreffende zitting.
WAARSCHUWING
Het schoonmaken moet volgens de aanwijzingen van de fabrikant worden uitgevoerd, speciaal met
betrekking op het vuil op de aangeslagen oppervlakten dat brandgevaar met zich meebrengt. Opletten dat de vlammen altijd bedekt zijn
om oververwarming van de filter onder kap tegen te gaan.Nooit bakken zonder de pan in de gaten te houden: de olie in de pan kan
oververhitten en brand veroorzaken. Als de olie vaker gebruikt is bestaat hiertoe meer gevaar. Het is beslist verboden te koken met een
direkte vlam onder de filter (bijv. flambé). De af te zuigen lucht mag niet worden opgevangen in een kanaal dat ook gebruikt wordt voor de
rookafvoer van apparaten die niet elektrisch worden gevoed; bovendien moet er een goede ventilatie in het vertrek zijn wanneer de kap
tegelijk gebruikt wordt met andere (niet elektrische) apparaten. Als de kap voor afzuiging gebruikt wordt, moet de conditie van de
schoorsteen gecontroleerd worden, vooral indien deze voor langere tijd niet in gebruik is geweest. Opletten dat de lokale van kracht zijnde
normen en de voorschriften van de bevoegde autoriteiten terzake stipt in acht worden genomen teneinde mogelijke brand te voorkomen.
DE FABRIKANT WIJST ELKE VERANTWOORDELIJKHEID AF IN HET GEVAL DAT NIET ALLE REGELS DIE HIERBOVEN
ZIJN BESCHREVEN VOOR EEN GOEDE INSTALLATIE, GOED ONDERHOUD EN HET JUIST GEBRUIK VAN DE KAP
WORDEN OPGEVOLGD.
L3LI0320.doc
Publicidad
