3. Schuif de centrale stangen (4)
op de onderste stang (6) en be-
vestig ze met behulp van de 4
schroeven (22) en vleugelmoe-
ren (23).
Bediening
Houd rekening met de bepalingen
met betrekking tot de geluidsover-
last en de plaatselijke voorschrif-
ten.
In- en uitschakelen
Controleer eerst of het apparaat
geen voorwerpen raakt alvorens
het in te schakelen. Houd het ste-
vig met beide handen vast.
1. Sluit het verlengsnoer aan op het stop-
contact van het apparaat.
2. Vorm van het uiteinde van het verleng-
snoer een lus en hang deze aan de
trekontlasting voor de kabel (24).
3. Sluit het apparaat aan op het elektrici-
teitsnet.
4. Hang het verlengsnoer in de riemclip
(11) en bevestig deze aan de broek-
riem.
5. Om het apparaat in te schakelen,
drukt u eerst op de ontgrendel-
knop (25) van de handgreep en dan
drukt u op de starthendel (26). Laat de
ontgrendelknop (25) los.
De hakmessen (
roteren en graven zich in de grond in.
6. Om het apparaat uit te schakelen, laat
u de starthendel (26) los.
Let op! Nadat het apparaat is uit-
geschakeld, draaien de hakmes-
sen (10) nog enkele seconden
10) beginnen te
verder. Raak de roterende hak-
messen (10) niet aan. Er bestaat
een risico op verwondingen.
Werkhoogte instellen
1. Draai de vleugelschroef (
vleugelmoer (
(
12) los.
2. Stel de wielas op de gewenste werk-
hoogte in.
Er zijn 4 standen mogelijk.
3. Bevestig de wielas (
vleugelschroef (
moer weer op de wielstang (
Gebruiktips
Houd het apparaat tijdens het
werken altijd stevig vast met
beide handen en let op uw voe-
ten.
Er bestaat gevaar voor ongeluk-
ken door de hakmessen.
Let op bij het achteruitgaan. U
kunt struikelen!
Raak de aandrijving niet aan –
deze kan na een lange wer-
kingsduur erg warm worden. Er
bestaat verbrandingsgevaar!
Schakel het apparaat na het ge-
bruik en voor het transport uit, trek
de stekker uit het stopcontact en
wacht tot de hakmessen tot stil-
stand gekomen zijn.
Om schade aan het apparaat
te voorkomen:
• Til het apparaat nooit op en trek
niet aan het apparaat terwijl de
motor draait.
NL
17) en de
18) op de wielstang
13) met de
17) en de vleugel-
12).
49