3.2 De lens kalibreren
1. Schakel de handcamera in.
2. Volg de melding om Serienummer verwisselbare lens
en Parameters verwisselbare lens in te voeren.
Serienummer
verwisselbare lens
Parameters
verwisselbare lens
Opmerking:
● Op sommige camera's wordt de verwisselbare lens
mogelijk "Teleconverter" genoemd.
● Als er geen melding verschijnt na het starten van de
camera, controleer dan of de lens stevig is
bevestigd.
● Als u per ongeluk het kalibratieprogramma verlaat,
gaat u naar Lokale instellingen >
Vastleggingsinstellingen > Kalibratie verwisselbare
lens om het opnieuw te openen.
3. Selecteer Kalibratie verwisselbare lens en volg de
meldingen om door te gaan.
1). Houd de camera vast en richt deze op de richtplaat
(zoals weergegeven in
camera en de richtplaat moet aan de volgende eis
voldoen.
2). Druk op OK.
3). De camera zendt een rode laserstraal uit.
Pas de camerapositie enigszins aan om de rode
laserpunt op het "TARGET" op de plaat te richten en
houd de camera stil om de afstand te meten.
Opmerking:
● Als de meting is geslaagd, wordt de afstand op het
scherm weergegeven. Als het mislukt, pas dan de
afstand aan en probeer het opnieuw.
● Het wordt aanbevolen om een statief te gebruiken
om de camera stil te houden.
4). Gebruik de knoppen links/rechts of de focusring
om scherp te stellen en druk op OK nadat het
"TARGET" duidelijk is (zoals weergegeven in
Staat gedrukt nabij het
richtpunt van de lens
Staat gedrukt op het
label van de lens
Lensmodel
HM-G605-LENS 0,5 m - 1,5 m
HM-G620-LENS 1,5 m - 2,5 m
HM-G630-LENS 3,0 m - 4,0 m
). De afstand tussen de
②
Afstand
41
③
④).