Draaiknop:
− Draai aan de draaiknop om het volume van de track
aan te passen.
− Druk op de draaiknop om het geluid van de track
voor de actieve mix in of uit te schakelen. De
actieve mix wordt aangegeven door de LED van de
Creator/Audience-knop.
Als de Koppeling-modus is ingeschakeld (de LED
van de Koppeling-knop brandt), schakelt het
indrukken van de draaiknop het geluid van de track
voor beide mixen tegelijkertijd in of uit.
13