De toonhoogte aanpassen
1 Druk op de knop [RESET] om de indicator [RESET] uit
te zetten.
2 Beweeg de [TEMPO] schuifregelaar naar voren of
naar achteren.
Als je de schuifregelaar naar voren schuift, wordt de draaisnelheid
verhoogt. Als je hem naar achteren schuift, wordt de draaisnelheid
verlaagd.
De schaal van de schuifregelaar [TEMPO] is een ruwe waarde.
Gebruik deze als richtlijn.
3 Druk op de [TEMPO RANGE] knop.
Het instelbereik van de schuifregelaar [TEMPO] verandert iedere keer als
je op de knop drukt. De indicator voor het instelbereik licht op.
Ingestelde waarde
±8
±16
±50
Terugkeren naar de gewone toonhoogte
Druk op de knop [RESET].
Als je op de knop [RESET] drukt, gaat de indicator [RESET] aan. Als de
indicator [RESET] aan is, draait de draaitafel met de ingestelde snel-
heid (33 1/3 tpm of 45 tpm) ongeacht de positie van de schuifregelaar
TEMPO.
De toonhoogte detecteren
Je kunt de toonhoogte nauwkeuriger bepalen door te kijken naar de vier
rijen stroboscooppatronen rondom de draaitafel.
Met een stroboscoopverlichter (blauwe led) wordt het stroboscoop-
patroon van het toestel verlicht. Gebruik altijd de stroboscoopverlich-
ter om de toonhoogte te bepalen.
Stroboscooppatroon
①
②
③
④
1 Als het stroboscooppatroon lijkt stil te staan +7,2 %
toonhoogteverschil
2 Als het stroboscooppatroon lijkt stil te staan +3,3 %
toonhoogteverschil
3 Als het stroboscooppatroon lijkt stil te staan Ingestelde draaisnel-
heid (33 1/3 tpm of 45 tpm)
4 Als het stroboscooppatroon lijkt stil te staan –3,3 %
toonhoogteverschil
Insteleenheden
0,016 %
0,032 %
0,1 %
13
Nl