1197-20.960.02_18.11.2011_GARDENA.qxp 22.11.2011 12:17 Seite 25
2. Veiligheidsaanwijzingen
De waterverdeler mag max. 1,5 m dieper
worden geplaatst dan de hoogst aangesloten
verbruiker.
De minimum waterdruk voor een veilige schak-
elfunctie tijdens het sproeien bedraagt 1 bar.
Bij te veel aansluitapparaten op één leiding kan
het voorkomen dat de stroomdruk onder 1 bar
valt, waardoor de waterverdeler niet meer door-
schakelt. Om de stroomdruk te verhogen raden
wij aan de ingangszijde het GARDENA kraan-
stuk art. 2801 / 2817 met ³⁄₄ " -slangen aan.
Door het schakelen van de waterverdeler kun-
nen tijdens het doorschakelen druppels aan de
uitgangen worden gevormd.
Let op : na het sproeien loopt het hoger gele-
gen aansluitapparaat leeg via het lager gelegen
apparaat.
3. Montage
Bevestigingsplaat
monteren :
z
R
2
4. Ingebruikname
Waterverdeler aansluiten :
6
De waterverdeler kan m.b.v. de bevestigingsplaat
of aan de muur (ingang boven) worden gemonteerd.
1. Boorgaten met behulp van de bevestigingsplaat
en de 4 gaten boren.
2. Bevestigingsplaat met 4 schroeven
vastschroeven.
1
Waterverdeler vergrendelen :
v Waterverdeler van boven op de bevestigingsplaat
tot deze vastklikt.
Waterverdeler ontgrendelen :
v Ontgrendelknop
wegtrekken.
Ingangszijde :
1. Rubberpakking
de vuilzeef
2. Kraanstuk
5
ven en m.b.v. en slang met de besproeiingscomputer of water-
4
3
kraan verbinden.
Bij zandhoudend water moet een voorfilter
worden gebruikt.
De waterverdeler niet aan hydrofoorpompen
aansluiten, daar deze aan te grote drukschom-
melingen onderhevig zijn.
Alleen met origineel GARDENA toebehoren
wordt een goed functioneren gegarandeerd.
De uitgangen kunnen uitsluitend één voor één
worden geschakeld.
Voor een veilig schakelen van de waterverdeler
bedraagt de minimum hoeveelheid water 20 l / h.
Voorbeeld: voor de besturing van het micro-drip
systeem zijn min. 10 stuks 2-liter-druppelaars
nodig.
Het micro-drip-basisapparaat mag niet aan de
ingangszijde van de waterverdeler worden ge-
ïnstalleerd.
2
z
indrukken en waterverdeler naar boven
R
4
van het kraanstuk
5
vervangen.
3
op de aansluiting van de ingangszijde
1
op de vloer
1
markeren
(niet in de leveromvang)
1
schuiven
3
verwijderen en door
6
schroe-
25