ONDERHOUDSINSTRUCTIES
LET OP: Voordat u werkzaamheden uitvoert aan het multifunctionele aandrijfsysteem, moet u altijd de motor uitschakelen en de bougiekap van
de bougie aftrekken (zie "De bougie controleren").
Draag altijd veiligheidshandschoenen!
Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol, enz. Dit kan leiden tot verkleuren, vervormen of barsten.
Om een lange levensduur te garanderen en eventuele schade aan het gereedschap te voorkomen, moeten de volgende
onderhoudswerkzaamheden regelmatig uitgevoerd worden.
Dagelijkse controle en onderhoud
-
Controleer het gereedschap voor het gebruik op losse bouten of ontbrekende onderdelen. Let met name goed op of het goedgekeurde
hulpstuk correct op zijn plaats bevestigd is.
-
Controleer voor gebruik altijd op verstopping van de koelluchtinlaatopening en de koelribben van de cilinder.
Maak ze schoon indien dat nodig is.
-
Voer de volgende werkzaamheden dagelijks uit na het gebruik:
• Reinig de buitenkant van het multifunctionele aandrijfsysteem en inspecteer op beschadigingen.
• Maak het luchtfilter schoon. Maak het luchtfilter meerdere keren per dag schoon als u in onder extreem stoffige omstandigheden werkt.
• Controleer of er voldoende verschil is tussen het stationair toerental en het aangrijptoerental om zeker te zijn dat het hulpstuk stilstaat
wanneer de motor stationair draait (verlaag zo nodig het stationair toerental).
In het geval het hulpstuk bij stationair toerental blijft draaien, neemt u contact op met het dichtstbijzijnde, erkende servicecentrum.
-
Controleer de werking van de stopschakelaar, de uit-vergrendelhendel en de gashendel.
MOTOROLIE VERVERSEN
Verslechterde motorolie verkort sterk de levensduur van de bewegende delen van de motor. Controleer het verversingsinterval en de
bijvulhoeveelheid.
LET OP: Over het algemeen zijn de motor zelf en de motorolie heet kort nadat de motor is uitgeschakeld. Alvorens de motorolie te
verversen, controleert u op de motor zelf en de motorolie voldoende zijn afgekoeld. Als u dit niet doet, bestaat de kans op
verbranding.
Opmerking: Als de olie tot boven het bovenste merkteken wordt bijgevuld, kan de olie gemorst worden en vlam vatten waarbij witte
rook vrijkomt.
Verversingsinterval: In eerste instantie iedere 20 bedrijfsuren, en daarna iedere 50 bedrijfsuren
Aanbevolen olie:
SAE 10W-30 olie van API-classificatie, SF-klasse of beter (4-taktmotorolie voor auto's)
Volg de onderstaande procedure om de olie te verversen.
1) Controleer of de brandstofvuldop stevig vastgedraaid is.
2) Plaats een grote opvangbak (pan, enz.) onder het aftapgat.
3) Verwijder de aftapbout en draai daarna de olievuldop eraf om de motorolie
af te tappen uit het aftapgat.
Wees hierbij voorzichtig de pakkingring van de aftapbout niet kwijt te raken
en de verwijderde onderdelen niet vuil te maken.
4) Nadat de motorolie is afgetapt, draait u de aftapbout met daarop de
pakkingring stevig vast, zodat deze niet kan losraken en gaan lekken.
* Gebruik een poetsdoek om de motorolie die aan de aftapbout en het
gereedschap zit volledig af te vegen.
Alternatieve methode voor het aftappen van de motorolie
Draai de olievuldop eraf en kantel het multifunctionele aandrijfsysteem zodat
dat de olievulopening onder zit.
Vang de motorolie op in een opvangbak.
Brandstofvuldop
101
Olievuldop
Olievuldop
Aftapgat
Pakkingring
Aftapbout