Lichtmeting
• Zet de functieschakelaar s op de stand
De via de lichtmetingsensor w gemeten helderheidswaarde in Lux x10
resp. Lux kan nu op het display j worden afgelezen.
Stroommeting
Voorzichtig!
Het testobject moet spanningsvrij zijn om te voorkomen dat het
apparaat of het testobject beschadigd raakt. In geval van twijfel
moet een meting uitwijzen of het testobject daadwerkelijk span-
ningsvrij is.
Voorzichtig!
Voor de stroommeting moet het testobject in serie geschakeld zijn.
• Voor de meting van stromen tot 400 mA zet u de functieschakelaar
s op de stand
• Steek de meetleidingen
• Voor de meting van stromen tot 2 A zet u de functieschakelaar s
op de stand
• Steek de meetleidingen
De indicatie voor de gelijkstroommeting
• Druk op de toets FUNC. g om te schakelen tussen gelijkstroom- en
wisselstroommeting
• Sluit de testpunten aan op het testobject.
.
in ingangen mA o en COM i.
.
in de ingangen 2A a en COM i.
.
- 86 -
resp.
.
verschijnt.