Installatie; Algemene Regels; Installatieplaats; Hydraulische Aansluitingen - Ferroli ATLAS D Instrucciones De Uso

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • ES

Idiomas disponibles

  • ESPAÑOL, página 22

2. Installatie

2.1 Algemene regels

DE INSTALLATIE VAN DE VERWARMINGSKETEL MAG UITSLUITEND DOOR GESPECIALISEERD EN SPECIFIEK
OPGELEID PERSONEEL WORDEN UITGEVOERD, MET INACHTNEMING VAN ALLE INSTRUCTIES VAN DEZE
TECHNISCHE HANDLEIDING, VAN DE BEPALINGEN VAN DE GELDENDE WETGEVING, VAN DE VOORSCHRIF-
TEN VAN DE PLAATSELIJK EN LANDELIJK VAN KRACHT ZIJNDE NORMEN, EN VOLGENS DE REGELS VAN GO-
EDE TECHNIEK.

2.2 2.3 Installatieplaats

De verwarmingsketel moet in een aparte ruimte geïnstalleerd worden, met ventilatieopeningen naar buiten, in overeen-
stemming met de geldende voorschriften. Als er zich in dezelfde ruimte meerdere branders of afzuigsystemen bevinden
die tegelijk kunnen functioneren, moeten de ventilatieopeningen zodanig van afmeting zijn dat alle apparatuur tege-
lijkertijd kan functioneren. De plaats van installatie mag geen brandbare voorwerpen of materialen bevatten, bijtende
gassen of vluchtige stoffen, die aangezogen worden door de branderventilator en verstopping van de interne leidingen
van de brander of de verbrandingskop kunnen veroorzaken. Het vertrek moet droog zijn en mag niet blootstaan aan
regen, sneeuw of vorst.
Als het apparaat wordt ingebouwd of als er meubels naast worden gemonteerd, moet er ruimte worden vrij-
A
gehouden om de ommanteling te demonteren en de normale onderhoudswerkzaamheden uit te voeren. Na
montage van de verwarmingsketel met de brander op de deur aan de voorzijde, moet er gecontroleerd worden
of de deur probleemloos geopend kan worden, zonder dat de brander tegen de muur of andere obstakels sto-
ot.

2.3 Hydraulische aansluitingen

Het thermische vermogen van het apparaat moet vooraf worden vastgesteld door de warmtebehoefte van het gebouw
volgens de geldende voorschriften te berekenen. Voor een correcte en regelmatige werking van de installatie is het no-
odzakelijk dat alle componenten zijn aangesloten. Het is raadzaam om tussen de verwarmingsketel en de verwarmin-
gsinstallatie afsluiters te plaatsen waarmee de verwarmingsketel zo nodig van de installatie geïsoleerd kan worden.
B
De afvoer van het veiligheidsventiel moet worden verbonden met een trechter of een verzamelleiding, om te
voorkomen dat er water over de vloer loopt als er overdruk in het verwarmingscircuit optreedt. Indien dit niet
gebeurt en het afvoerventiel ingrijpt, waardoor de ruimte onder water loopt, kan de fabrikant van de verwar-
mingsketel niet aansprakelijk worden gesteld.
Gebruik de leidingen van de hydraulische installaties niet voor aarding van elektrische apparaten.
Reinig voor het uitvoeren van de installatie zorgvuldig alle leidingen van het systeem om eventuele restanten materiaal
of vuil te verwijderen, omdat die de goede werking van het apparaat nadelig kunnen beïnvloeden.
Verricht de aansluitingen op de overeenkomstige aansluitpunten volgens de afbeelding op cap. 4 en de op het apparaat
aangebrachte symbolen.
Kenmerken van het water van de installatie
Bij een waterhardheidsgraad van meer dan 25° Fr (1°F = 10ppm CaCO3), is het noodzakelijk dat het water op passende
wijze behandeld wordt om afzettingen in de verwarmingsketel te voorkomen. Na behandeling mag de hardheidsgraad
niet minder dan 15°F bedragen (DPR 236/88 betreffende gebruik van water bestemd voor consumptie). Behandeling
van het water is onontbeerlijk bij uitgebreide installaties of bij frequente invoer van suppletiewater in de installatie.
B
Indien er een waterontharder bij de inlaat van het koude water van de verwarmingsketel wordt geïnstalleerd,
dient u erop te letten dat de hardheidsgraad niet te laag wordt daar de magnesiumanode van de boiler daar-
door sneller achteruit kan gaan.
108
cod. 3540G651 - 05/2008 (Rev. 00)
ATLAS D
NL

Publicidad

Tabla de contenido

Solución de problemas

loading

Tabla de contenido