dieren weghouden uit de gevarenzone.
•
Het toestel is bij het aanraken van hoogspan-
ningsleidingen niet beschermd tegen elekt-
rische schok. Blijf minstens op een afstand
van 10 m tot stroomvoerende leidingen. Er
bestaat levensgevaar door elektrische schok!
•
Op een helling boven of zijdelings ten opzich-
te van de te zagen tak staan.
•
Het toestel zo dicht mogelijk tegen het
lichaam houden. Op die manier bewaart u
best uw evenwicht.
Zaagtechnieken
•
Hou bij het onttakken het toestel in een hoek
van maximaal 60° tot de horizontale lijn om
niet door een neervallende tak te worden ge-
troffen (fig. 27).
•
Zaag eerst de onderste takken van de boom
af. Dat vergemakkelijkt het neervallen van de
gesneden takken.
•
Aan het einde van de snede verhoogt plots
het gewicht van de zaag voor de bediener
omdat de zaag niet meer ondersteund is door
de tak. Er bestaat het gevaar de controle over
de zaag de verliezen.
•
Trek de zaag alleen uit de snede terwijl de
zaagketting draait. Zodoende voorkomt u het
vastklemmen.
•
Zaag niet met de top van het zwaard.
•
Zaag niet de dikke takaanzet. Anders zou dit
de wondgenezing van de boom verhinderen.
Kleinere takken afzagen (fi g. 28):
Leg het aanslagvlak van de zaag tegen de tak.
Daardoor wordt voorkomen dat de zaag aan het
begin van de snede met rukken beweegt. Leid
de zaag met lichte druk van boven naar beneden
doorheen de tak.
Vrij grote en langere takken afzagen (fi g. 29):
Maak bij vrij grote takken een ontlastingssnede.
Zaag eerst met de bovenkant van het zwaard van
beneden naar boven 1/3 van de diameter van
de tak door (a). Zaag daarna met de onderkant
van het zwaard van boven naar beneden naar de
eerste snede toe (b).
Zaag de langere takken in secties af om de cont-
role over de valplaats te behouden.
Terugstoot
Onder terugstoot verstaat men het plots omhoog-
of terugschieten van de draaiende kettingzaag.
De oorzaken zijn meestal het raken van het
werkstuk met de top van het zwaard of het be-
klemd raken van de zaagketting.
Anl_GHH_E_20_Li_SPK7.indb 84
Anl_GHH_E_20_Li_SPK7.indb 84
NL
Bij een terugstoot doen zich onverhoeds grote
krachten voor. Daardoor reageert de kettingzaag
meestal ongecontroleerd. Het gevolg zijn vaak
zwaarste letsels bij de werkman of bij personen in
de omgeving. Het gevaar voor een terugstoot is
het grootst als u de zaag in de zone rond de top
van het zwaard aanzet omdat daar de hefboom-
werking het sterkst is. Zet de zaag daarom steeds
zo vlak mogelijk aan.
Let op!
•
Let er steeds op dat de ketting correct is ge-
spannen!
•
Gebruik enkel kettingzagen die in onberispeli-
jke staat verkeren!
•
Werk alleen met een naar behoren gescherp-
te zaagketting!
•
Zaag nooit met de bovenkant of top van het
zwaard!
•
Hou de kettingzaag steeds met beide handen
vast!
Zagen van hout onder spanning
Bij het zagen van hout dat onder spanning staat
dient u uiterst voorzichtig te werk te gaan! Onder
spanning staand hout waarvan de spanning door
zagen vrijkomt reageert soms volledig ongecon-
troleerd. Dat kan leiden tot zwaarste en zelfs do-
delijke letsels. Dergelijke werkzaamheden mogen
slechts door geschoolde vakmannen worden
verricht.
8. Werken met de aanbouwset voor
de heggenschaar
•
Controleer de werking van de snoeimessen.
De aan weerskanten snijdende messen zijn
contraroterend en garanderen daardoor een
hoog snoeivermogen en een rustige loop.
•
Zorg ervoor dat u stevig staat en houd het
apparaat met beide handen en op afstand
van het eigen lichaam goed vast. Controleer
alvorens het in te schakelen of het apparaat
geen voorwerpen raakt.
Werkinstructies
•
Behalve voor heggen kan een heggenschaar
ook voor het snoeien van struiken en hees-
ters worden ingezet.
•
Het beste snijvermogen wordt bereikt als u de
heggenschaar zo leidt, dat de tanden van de
messen in een hoek van ca. 15° naar de heg
zijn gericht (zie fig. 30).
•
De aan weerskanten snijdende, contrarote-
- 84 -
12.05.15 15:59
12.05.15 15:59