Wireless-G-breedbandrouter
Connect on Demand: Max Idle Time (Verbinden op verzoek: Maximale duur inactiviteit). U kunt de router zo
configureren dat de internetverbinding wordt verbroken bij een periode zonder activiteit (Maximale duur
inactiviteit). Als de internetverbinding vanwege inactiviteit is verbroken, wordt de router door Connect on
Demand (Verbinden op verzoek) zo ingesteld, dat er automatisch weer verbinding tot stand wordt gebracht
wanneer u verbinding met internet wilt maken. Als u de optie voor verbinden op verzoek wilt inschakelen,
klikt u op het keuzerondje. Als u de internetverbinding wilt openhouden, geeft u 0 op in het veld Max Idle Time
(Maximale duur inactiviteit). In alle andere gevallen voert u het aantal minuten in waarna u wilt dat de
internetverbinding wordt verbroken.
Keep Alive: Redial Period (Continu verbinding houden: Interval voor opnieuw kiezen). Met deze optie hebt u
steeds verbinding met internet, ook als u geen gebruikmaakt van de verbinding. Als u deze optie selecteert,
wordt uw internetverbinding regelmatig gecontroleerd door de router. Als de verbinding verbroken is, zal de
router automatisch weer een verbinding tot stand brengen. U gebruikt deze optie door op het keuzerondje bij
Keep Alive (Continu verbinding houden) te klikken. De standaardinterval voor opnieuw kiezen is 30 seconden.
Klik op de knop Save Settings (Instellingen opslaan) als u klaar bent. Klik vervolgens op het tabblad Status
en op de knop Connect (Verbinding maken) als u de verbinding wilt starten.
Optional Settings (Optionele instellingen)
Een aantal van deze instellingen is mogelijk vereist door uw internetprovider. Neem contact op met uw
internetprovider voordat u wijzigingen aanbrengt.
Router Name (Naam router). In dit veld kunt u een naam van maximaal 39 tekens invoeren voor de router.
Host Name/Domain Name (Hostnaam/Domainnaam). In deze velden kunt u een host- en domeinnaam voor de
router opgeven. Voor sommige internetproviders, meestal kabelinternetproviders, zijn deze namen vereist ter
identificatie. U dient wellicht bij uw internetprovider na te vragen of uw breedbandinternetdienst is
geconfigureerd met een host- en domeinnaam. In de meeste gevallen kunt u deze velden leeg laten.
MTU. MTU is de Maximum Transmission Unit. Deze geeft de maximale pakketgrootte aan die via internet kan
worden verstuurd. Met de standaardinstelling Manual (Handmatig) kunt u de maximale pakketgrootte invoeren
die kan worden verstuurd. De aanbevolen grootte voor het veld Size (Grootte) is 1492. U dient hier een waarde
tussen 1200 en 1500 op te geven. Bij de instelling Auto (Automatisch) kiest de router de beste MTU voor uw
internetverbinding.
Network Setup (Netwerkinstellingen)
In het gedeelte Network Setup (Netwerkinstellingen) kunt u de instellingen wijzigen voor het netwerk dat is
verbonden met de Ethernet-poorten op uw router. U kunt een draadloos netwerk instellen op het tabblad Wireless
(Draadloos).
Hoofdstuk 5: De Wireless-G-breedbandrouter configureren
Het tabblad Setup (Instellingen) - Basic Setup (Basisinstellingen)
Figuur 5-9: Optional Settings (Optionele instellingen)
Figuur 5-10: Router IP (IP-adres router)
16