Pos.
Benaming
22
Brandstoftank
23
Tankdop
24
Choke-hendel
25
Benzinepomp
26
Draaggordelophanging
27
Haakse overbrenging
28
Beschermkaphouder
29
Draadmes
30
Veiligheidsgreep
31
Gashendelblokkering
32
Koudstarttoets
33
AAN- /UIT-schakelaar
34
Gashendel
35
Bedieningshandleiding
36
Montage-/bedieningsblad
37
Veiligheidssticker
38
Luchtfilterdeksel
39
Luchtfilter
40
Brandstoffilter
41
Bougie
42
Zeskantmoer
43
Afdekkap
44
Afstandsschijf
45
Kartelschroef
46
Toebehorenzak - montagewerktuig
47
Transportbeveiliging voor snijmes
48
Transportbeveiliging voor draadmes
Montage beschermkap
Maak de 4 zeskantmoeren (A) aan de houder van de
beschermkap (28) met de ingesloten steeksleutel (13) en
de inbussleutel (11) los. Maak de inbusbouten (8) met de
inbussleutel (11) los en klkap de houder (C) weg.
Schuif de beschermkap (6) op de houder van de
beschermkap (28).
Klap de houder (C) naar beneden en trek de 4
moeren (A) en de inbusbout (B) weer vast.
Montage draadmes
Schroef het draadmes (29) met de drie schroeven
M4x10 (P) zoals afgebeeld op de beschermkap (6).
De schroeven niet te vast aantrekken.
Montage / Demontage
Aandrijfeenheid / onderste steelpijp
Draai de kartelschroef (45) op de aandrijfeenheid (1)
los. Trek de beschermkap (F) eraf.
Druk de vergrendelhendel (10) omlaag en schuif de
onderste steelpijp (2) tot de aanslag in de koppeling op de
aandrijfeenheid (1) tot deze vastklikt.
140
Reserve-
onderdeel – nr.
385814
385817
385825
385807
385808
385800
385801
385830
385821
385822
385819
385841
385834
385833
385832
385835
385836
Montage
Het boorgat (D) in de onderste steelpijp (2) moet hierbij
exact t.o.v. de ontgrendelingstoets (G) zijn uitgelijnd.
Laat de vergrendelhendel (10) los en draai de
kartelschroef (45) vast.
Voor demontage draait u de kartelschroef (45) los, drukt u de
vergrendelhendel (10) omlaag en trekt u de onderste
steelpijp (2) van de aandrijfeenheid (1) af.
Montage handgreep
Maak met de inbussleutel (11) de schroeven (H) van de
griijphouder los. Steek de handgrepen (3) en (5) tot het
midden van de grijphouder (I). Trek de schroeven (H) weer
vast.
Aanvullend tot de helling van de grepen kan de grijphouder
individueel aan de lichaamsgrootte worden aangepast. Maak
de schroeven (J) aan de achterkant van de grijphouder met
de inbussleutel (11) los en verschuif de grijphouder in de
voor u juiste positie. Trek de schroeven (J) vast.
Bevestig de gastrek (17) met de kabelbinders (16) aan de
aandrijfeenheid (1) en aan de handgreep (3).
Let er bij het bevestigen op dat de gastrek (17) niet
verdraaid of geknikt is.
Draaggordel aanbrengen
Hang de draaggordel (4) in de draaggordelophaning (26)
in.
Montage draadspoel
Draai het boorgat van de afdekkap boven het boorgat
op de haakse overbrenging (27) en vergrendel de aandrijfas
met de schroevendraaier (15).
Schroef de zeskantmoer (42) met de klok mee eraf.
Gebruik hiervoor de steeksleutel (14). Verwijder de afdekkap
(43) en de vulplaat (44).
Schroef de draadspoel (8) tegen de klok in op de
aandrijfas (L).
Vergrendel
hiervoor
weer
schroevendraaier (15) in de haakse overbrenging (27).
Montage snijmes
Verwijder de zeskantmoer (42), de afdekkap (43) en
de vulplaat (44) zoals onder montage draadrol is beschreven
Zet het snijmes (7) op de aandrijfas (L), dan de vulplaat
(44) en afdekkap (43). Schroef de zeskantmoer (42) tegen de
klok in op de aandrijfas.
Draai de zeskantmoer (42) met de steeksleutel (14) vast.
Vergrendel
hiervoor
de
schroevendraaier (15) in de haakse overbrenging (27).
de
aandrijfas
met
de
aandrijfas
(L)
met
de