• Selecteer DHCP indien u een netwerkapparaat heeft (zoals een
router of een kabelmodem) waarmee IP adressen worden
toegewezen aan cliënten. Hiermee wordt automatisch gekozen
voor Dynamic DNS (Dynamische DNS).
• Selecteer Static IP (Statische IP) indien de cliënten in uw netwerk
specifieke adressen toegewezen krijgen. Hiermee wordt
automatisch gekozen voor Static DNS (Statische DNS). Voer de
gegevens in voor de betreffende velden (IP Address (IP Adres), IP
Subnet Mask, Gateway Address (Gateway Adres), Primary DNS
(Primaire DNS) en Secondary DNS (Secondaire DNS).) U kunt
ook klikken op Copy from NSU (Kopiëren van NSU) waarmee de
NAS Starter Utlity deze warden opzoekt en invult.
Gebruik de standaardwaarden als uw netwerkbeheerder uw deze
informatie niet heeft gegeven. Klik op Next
82
).
(Volgende