I
N
S
T
A
L
L
A
T
I
E
I
N
S
T
A
L
L
A
T
I
E
Naaf (onderkant)
Glazen
draaiplateau
Draaias
I
N
S
T
A
L
L
A
T
I
E
O
I
N
S
T
A
L
L
A
T
I
E
O
Verwijder alle verpakkingsmateriaal en
accessoires. Controleer de oven op
eventuele schade zoals deuken of een
gebroken deur. Installeer de oven niet
als deze beschadigd is.
I
N
S
T
A
L
L
A
T
I
E
V
I
N
S
T
A
L
L
A
T
I
E
V
1. Kies een effen oppervlak met
voldoende open ruimte voor de
ventilatie.
30cm
0cm
20cm
20cm
min85cm
(1) Plaats de magnetronoven op een
oppervlak met een hoogte van meer
dan 850 mm boven de vloer.
(2) Een minimale vrije ruimte van 20 cm
aan weerszijden van de oven is
vereist.
(3) Een minimale vrije ruimte van 30 cm
boven het bovenvlak van de oven is
vereist.
WAARSCHUWING: Installeer de oven niet boven een fornuis of ander
warmteproducerend apparaat. Als de oven wordt geï nstalleerd in de buurt van of
boven een warmtebron kan deze worden beschadigd en de garantie ongeldig
maken.
V
A
N
H
E
T
D
R
A
V
A
N
H
E
T
D
R
A
a. Installeer het glazen draaiplateau nooit
ondersteboven. Belemmer nooit het glazen
draaiplateau.
b. Gebruik altijd het glazen draaiplateau en de
draairing tijdens het kookproces.
c. Plaats het voedsel en de houders altijd op het
glazen draaiplateau.
d. Als het glazen draaiplateau of de draairing
gebroken of gebarsten is, neem contact op met
een bevoegd reparatiecentrum.
Draairing
P
H
E
T
A
A
N
R
E
C
P
H
E
T
A
A
N
R
E
C
A
N
D
E
M
A
G
N
E
A
N
D
E
M
A
G
N
E
NL
A
I
P
L
A
T
E
A
U
A
I
P
L
A
T
E
A
U
H
T
H
T
Kast: Verwijder de beschermfolie van de
buitenzijde van de magnetronoven.
Verwijder de lichtbruine
Mica-bekleding die zich in de
ovenruimte bevindt niet, deze
beschermt namelijk de magnetron.
T
R
O
N
O
V
E
N
T
R
O
N
O
V
E
N
(4) Haal de voeten onderaan de oven
niet af.
(5) Het belemmeren van de
ventilatieopeningen kan de oven
beschadigen.
(6) Plaats de oven zo ver mogelijk uit
de buurt van radio's en TV's.
De werking van een magnetronoven
kan uw radio- of TV-ontvangst
verstoren.
Steek de stekker van de oven in een
2.
standaard stopcontact. Zorg dat de
spanning en de frequentie dezelfde
zijn als de spanning en de frequentie
vermeld op het typeplaatje.
12