Gebruik als slibzuiger (afbeelding B, E)
Aanwijzing: Als u het apparaat als slibzuiger gebruikt, wordt het afvoerwater direct via de afvoerslang (afbeelding B,
3) weggevoerd. Het afvoerwater wordt niet in het bekken verzameld.
Zo gaat u te werk:
– Apparaat ten minste 2 m van het water af opstellen.
– Zorg voor een kleine helling voor de afvoerslang (3): Zet het apparaat ietsje hoger maar stevig en veilig opge-
steld. De afvoeropening (15) moet boven het niveau van het wateroppervlak liggen.
– Afvoerslang (3) in de afvoeropening (15) van het opvangbekken steken.
– Let erop, dat de slang recht ligt: Geen knikken of bochten door oneffenheden van de bodem. Het afvoerwater
moet ongehinderd kunnen weglopen en volgens de plaatselijke faciliteiten worden afgevoerd.
Aanwijzing: Als u de vuilopvangzak (afbeelding A, 8) over het vrije einde van de afvoerslang (3) doet, kunt u het van
grote deeltjes zoals loof of algen gereinigde afvoerwater in de vijver terugleiden. Optioneel kunt u het weggezogen vij-
verslib als plantenmest gebruiken. In dit geval legt u de afvoerslang direct in een bloembed. Anders volgens de plaat-
selijke faciliteiten afvoeren.
Gebruik als nat-zuiger
Opmerking: Als u het apparaat als nat-zuiger gebruikt, wordt het afvoerwater in het reservoir verzameld. Maximaal
10 l vloeistof kunnen worden opgezogen.
Zo gaat u te werk:
– Apparaat ten minste 2 m van het water verwijderd opstellen (afbeelding B).
– Afsluitdop (afbeelding C, 5) in de afvoeropening (15) van het opvangbekken steken.
Gebruik van de spuitmonden (afbeelding A, 9, 10):
Universele spuitmond (a): Voor het opzuigen van vijverslib zonder de kiezelsteentjes van de vijver mee te zuigen.
Wierspuitmond (b): Voor het scheiden en verwijderen van strengen wier.
Borstelspuitmond (c): Voor het reinigen van hardnekkig vuil.
Vlakke spuitmond (10): Voor het reinigen van grote gladde vlakken.
Natzuigspuitmond (d): Alleen voor de werking als natzuiger voor het opzuigen van vuil water of restwater.
Aanwijzing: Het zuigen dient elke keer langzaam en met rustige, gelijkmatige bewegingen te worden uitgevoerd. Zo
wordt het opstuiven van sediment vermeden.
Inbedrijfstelling
Let op! Gebruik het apparaat nooit zonder filterschuim (afbeelding H, 22) of vlotter! Beide zijn af fabriek gemonteerd.
Zuig nooit stof of vuil op!
Sluit het apparaat aan op het elektriciteitsnet. Het apparaat beschikt over een netschakelaar (afbeelding F, 16):
Stand I: Automatische werking. Continu zuigen.
Stand 0: Het apparaat is uitgeschakeld.
Werking
Zuigvermogenregulering
I
Met de schuif in de handgreep van de zuigslang kan het zuigvermogen worden gereguleerd. Een vermindering van het
zuigvermogen is praktisch, als het apparaat tijdens de werking als slibzuiger te veel ongewenst materiaal - zoals kie-
zelsteentjes - opzuigt, zodat de doorgang verstopt raakt.
Opvallendheden
Tijdens de werking kunnen abnormaliteiten optreden.
Het apparaat trilt sterk. Schakel het apparaat met de netschakelaar (16) uit en na 20 seconden weer aan. Begint het
trillen opnieuw, dan is waarschijnlijk de tank vol,
– (gebruik als natzuiger, afsluitdop ingezet), de inloopverdeler, de afvoer
– of het filterschuim verontreinigd.
Voer dan een reiniging en onderhoud van het apparaat door.
Er wordt stoom ontwikkeld. Geen reden tot onrust. Het betreft hier condenswater, dat nu in de vorm van waterdamp
door de ventilatiegleuven vrijkomt. Het effect treedt in het bijzonder bij koud weer op.
- NL -
25