Bij storing:
Controleer de zekering.
Controleer de +5VDC-spanning op C2 en C4.
Controleer de positie van IC1.
Controleer de soldeerpunten en de positie van de componenten.
DISPLAYPRINT:
1. Monteer de vrouwelijke connector.
Knip, indien nodig, de connector op positie 17 zodat u 16 bruikbare pinnen overhoudt.
Soldeer de vrouwelijke connector op de printplaat (pinnen langs de soldeerzijde!).
2. Monteer de nixiebuizen.
Monteer de buizen zo recht mogelijk op de print.
Zorg dat u de aansluitpinnen niet plooit!
Soldeer eerst een enkele pin van ELKE buis.
Plaats de buis zo recht mogelijk en soldeer een tweede pin.
Controleer opnieuw of de buis recht op de printplaat staat en soldeer vervolgens de resterende pinnen.
3. Monteer het neonbuisje zo recht mogelijk op de print.
III. ASSEMBLAGE
Knip de mannelijke connector door op positie 17 zodat u 16 bruikbare pinnen overhoudt. Plaats de connector in de
aansluiting op de printplaat. Assembleer beide printplaten met behulp van vier afstandsbussen en acht schroeven. Zorg
ervoor dat de 16 pinnen volledig door de gaatjes van de hoofdprint steken.
Soldeer de connector op de hoofdprint en knip deze zo dicht mogelijk bij het soldeerpunt af.
IV. LAATSTE TEST
Sluit de 12VAC-voeding aan de printplaat. De display licht op.
Raadpleeg de handleiding om de nixieklok in te stellen.
6